Nog steeds veel vraagtekens over verband tussen PFAS en kanker

Vrouwen die zijn blootgesteld aan PFAS lijken een verhoogde kans te hebben op eierstokkanker en op andere soorten kanker, waaronder een verdubbeling van de kans op een melanoom. Dat blijkt uit nieuw Amerikaans onderzoek naar de niet-afbreekbare scheikundige stoffen.

Waar komt dit nieuws vandaan?

De krant Het Laatste Nieuws van 21 september 2023 brengt een verslag uit van een Amerikaanse studie die zou aanwijzen dat PFAS het risico op kanker verhoogt (1). Vrouwen die zijn blootgesteld aan bepaalde soorten PFAS lijken een verhoogde kans te hebben op eierstokkanker en andere soorten kanker, waaronder een verdubbeling van de kans op een melanoom.

Amerikaanse onderzoekers gebruikten de gegevens van een grote cohortstudie om na te gaan of PFAS het risico op kanker kon beïnvloeden (2). PFAS of poly- en perfluoralkylstoffen is een verzamelnaam voor meer dan 6.000 chemische stoffen die niet in de natuur voorkomen. Deze stoffen worden gebruikt in pannen, cosmetica, textiel, brandblusschuim en schoonmaakmiddelen. De National Health and Nutrition Examination Survey (NHANES) is een Amerikaanse cohort studie op 76.454 deelnemers met gegevens over eet- en levenswijze tussen 2005 en 2018. Om hun onderzoeksvraag te beantwoorden, gebruikten de onderzoekers de gegevens van 16.696 deelnemers die in totaal bijna 600 kankergevallen bevatten. Uit de urine werd de hoeveelheid PFAS bepaald, en in verband gebracht met de kankergevallen. Een hogere concentratie aan PFAS in de urine was geassocieerd met een hoger risico op eierstokkanker en op huidkanker. De Amerikaanse onderzoekers stellen dat PFAS hormoonfuncties kunnen verstoren die specifiek zijn voor vrouwen, en zo de kans op hormoon gerelateerde kankers vergroten.

Hoe moet je dit nieuws interpreteren?

Twee belangrijke opmerkingen bij deze studie zijn dat er geen verhoging was van het voorkomen van kanker bij mannen, en ook niet van andere kankers bij vrouwen. Anderzijds was de verhoging van het aantal kankers vooral aanwezig bij blanke vrouwen. Al deze elementen nuanceren toch het alarmerend resultaat van deze studie. Deze Amerikaanse studie toont niet rechtstreeks aan dat PFAS kanker kan veroorzaken. Men vond hogere concentraties aan PFAS in de urine van de vrouwen die in het verleden bepaalde kankers meemaakten. Dit is niet hetzelfde als bijvoorbeeld meer kankers vinden bij mensen die geografisch gezien meer blootgesteld zijn aan PFAS.

Het onderzoek naar de mogelijke gezondheidsproblemen door PFAS is essentieel, maar moet natuurlijk beantwoorden aan strenge wetenschappelijke eisen. PFAS was in het verleden al het onderwerp van veel onderzoek (3).

Een studie bij meer dan 400 kinderen en jongeren met overgewicht of obesitas vond een verband tussen een verhoogde PFAS-concentratie in hun bloed en nadelige gevolgen voor hun eiwit-, vet- en hormonenmetabolisme. Het onderzoek stelde geen specifieke gezondheidsproblemen vast bij deze kinderen, behalve hun overgewicht. PFAS in het bloed is onaanvaardbaar, maar alarmistische boodschappen in de media helpen de evaluatie van de mogelijke gezondheidsproblemen door PFAS niet vooruit.

Conclusie

Een Amerikaanse waarnemende studie vond een verband tussen PFAS in de urine enerzijds en het voorkomen van meer eierstokkanker en huidkanker anderzijds. Daarmee is niet aangetoond PFAS het risico op deze kankers kan verhogen. Veel meer degelijk wetenschappelijk onderzoek is essentieel alvorens een besluit te kunnen trekken.