Smartphoneverslaving gelinkt aan depressie

30 november 2017 door MV

Internet- en smartphoneverslaafde jongens hebben een andere, onevenwichtige hersenchemie.

Zo’n 28 procent van de Vlamingen kan geen dag zonder smartphone, maar dat wil niet zeggen dat ze verslaafd zijn. Wat het verschil maakt? Dat bij verslaafden het internet- en smartphonegebruik hun dagelijkse routine, sociaal leven, productiviteit, slaappatronen en gevoelens verstoort. Er bestaan gestandaardiseerde tests die aan de hand van die criteria bepalen of iemand verslaafd is of niet.

Koreaanse neuroradiologen gebruikten zo’n test om jongeren te identificeren die verslaafd waren. Vervolgens vergeleken ze de hersenen van negentien verslaafde jongens, gemiddeld 15,5 jaar oud, met die van niet-verslaafde leeftijdsgenoten. Daarvoor gebruikten ze magnetische resonantiespectroscopie (MRS), een hersenscantechniek die verwant is aan MRI en de chemische samenstelling van de hersenen meet.

De resultaten van de MRS wezen uit dat internet- en smartphoneverslaafde jongens een andere verhouding hadden van bepaalde signaalstoffen in de hersenen: gamma-aminoboterzuur (GABA), glutamaat en glutamine (gecombineerd in de maat Glx).

Psychische klachten

‘De verstoorde verhouding van GABA ten opzichte van creatine en ten opzichte van glutamaat staat in verband met depressie en angstsyndromen’, zegt onderzoeksleider Hyung Suk Seo (Korea University).

Het verband met psychische klachten was niet alleen louter theoretisch, Seo rapporteerde dat verslaafde jongeren effectief vaker last hadden van depressie, slapeloosheid, angstsyndromen en impulsief gedrag.