Internetverslaving Belgen in kaart gebracht

26 juni 2013 door Eos-redactie

Eén op de twintig Belgen kampt met symptomen van internetverslaving. Bij jongeren is dat een op de tien. Opvallend: meer volwassen vrouwen dan mannen zijn internetverslaafd.

Eén op de twintig Belgen kampt met symptomen van internetverslaving. Bij jongeren is dat een op de tien. Opvallend: meer volwassen vrouwen dan mannen zijn internetverslaafd. Dat blijkt uit een grootschalig onderzoek van de KU Leuven, de Universiteit Namen en het Centre de Référence en Santé Mentale (CRéSaM).

Het internet is vandaag alomtegenwoordig. Er zijn nog weinig plekken waar je niet online kunt. 60% van de jongeren en 79% van de volwassenen hebben een smartphone, 88% van de jongeren heeft een Facebook-profiel. Een actief leven op het internet is zeker niet slecht, maar zoals steeds: overdaad schaadt.

Het CLICK-project (CompuLsIve Computer use and Knowlegde needs) is het eerste onderzoek in België dat zich toespitst op problematisch computer- en internetgebruik. ‘Een computer- of internetverslaving meet je niet louter door het aantal uur dat een persoon voor de computer of op het internet doorbrengt,’ zegt prof. Rozane De Cock van KU Leuven. ‘We moeten ook rekening houden met de mate waarin mensen hun computer- of internetgebruik onder controle kunnen houden, hoe ze omgaan met hun omgeving en of ze fysieke ongemakken ondervinden, zoals slaaptekort.’ Via een bevraging bij 1.000 Vlaamse en Waalse volwassenen en nog eens evenveel jongeren hebben de onderzoekers internetverslaving in België in kaart gebracht.

De harde cijfers

De onderzoekers gebruikten gestandaardiseerde tests en diepte-interviews om de mate van verslaving te meten. ‘5 procent van de volwassenen in België loopt het risico om compulsief of problematisch internetgedrag te vertonen’, vertelt De Cock. Die groep worstelt met het binnen de perken houden van zijn internetgebruik. ‘1 procent is zelfs internetverslaafd.’ Dat zijn omgerekend ongeveer 110.000 personen. In deze onderzochte groep volwassenen is de gemiddelde problematische internetgebruiker 37 jaar en vrouw. Het aantal gameverslaafden bij volwassenen is even groot als de compulsieve gebruikers van sociale netwerksites. Problematisch Facebooken is het grootst bij vrouwen van gemiddeld 34 jaar, compulsief gamen bij mannen van 33. Nog een aantal cijfers: een derde van de verslaafde respondenten is alleenstaand, en mensen met een BSO-, TSO- of hogeschooldiploma raken volgens het onderzoek makkelijker verslaafd dan mensen die hoger zijn opgeleid.

Internetverslaving is zoals verwacht hoger bij jongeren dan bij volwassenen. ‘Bij de jongeren tussen 12 en 17 vertoont 9,5 % van de jongeren symptomen van een internetverslaving’, zegt Jolien Vangeel, wetenschappelijk medewerker van het CLICK-project. ‘3 procent heeft echt een probleem.’ De jonge compulsieve internetgebruikers besteden 3 uur per dag online, dubbel zoveel als niet-verslaafde leeftijdsgenoten. Jongens van 15 jaar scoren gemiddeld het hoogst, zeker als het gaat om het spelen van videospelletjes. Vooral in het weekend en tijdens vakantiedagen wordt dat duidelijk: compulsieve jongeren spenderen gemiddeld bijna 6 uur per dag met de spelconsole, niet-verslaafde jongeren 2 uur. 6 procent van de jongeren is verslaafd aan sociale netwerksites, waarvan evenveel jongens als meisjes. Problematische gebruikers spenderen meer dan dubbel zoveel tijd op Facebook en andere netwerksites: gemiddeld 2 uur en 43 minuten per dag.

Internetverslaving erkennen

Verslaafden weten vaak niet dat ze een probleem hebben. Of ze weten niet tot wie zich te wenden. Volgens Omar Rosas, wetenschappelijke medewerker van het CLICK-project, heeft compulsief gedrag vaak een dieperliggende oorzaak: een slechte jeugd, een moeilijke thuissituatie of een traumatiserende gebeurtenis. ‘Dwangmatige gebruikers vluchten uit het echte leven naar een virtueel wereld’, aldus Rosas. ‘Daar vinden ze de voldoening en erkenning die ze in het echte leven ontberen.’ De behandeling is dan ook complex. De verslaafde moet langzaam het gevoel krijgen dat hij ook voldoening kan terugvinden in de echte wereld en dat is niet vanzelfsprekend. De onderzoekers stellen bovendien dat er, in vergelijking met een gameverslaving, weinig begrip is voor een internetverslaving of een oncontroleerbare hang naar sociale netwerksites. ‘Het onderzoek is dus een eerste stap naar sensibilisering rond dit maatschappelijk probleem’, aldus De Cock. De studie werd uitgevoerd in opdracht van Belspo (Federaal Wetenschapsbeleid). (il)