Een derde prik: wie, wanneer en waarom?

Een derde prik is voorzien voor mensen met afweerstoornissen en bewoners van woonzorgcentra en serviceflats. Dat wordt nu uitgebreid tot alle 65-plussers. Er is momenteel geen nood om de hele bevolking een derde prik te geven.

Midden augustus besliste de Interministeriële Conferentie Volksgezondheid dat mensen met een verzwakt immuunsysteem in aanmerking komen voor een bijkomende dosis van een coronavaccin. Intussen worden zo’n 300.000 tot 400.000 mensen ook effectief opgeroepen voor die derde prik. In een advies stelt de Hoge Gezondheidsraad (HGR), op basis van wetenschap, dat een derde dosis (derde prik) ook nuttig is:

  • voor bewoners van woonzorgcentra en serviceflats;
  • in residentiële voorzieningen voor mensen met een handicap;
  • in psychiatrische centra voor ouderen;
  • voor iedereen ouder dan 65 jaar (de oudsten worden eerst uitgenodigd).

De ministers van Volksgezondheid volgen deze aanbeveling (1).

Op basis van (inter)nationale gegevens is de HGR op dit moment van mening dat de algemene bevolking voldoende beschermd is na één of twee dosissen (afhankelijk van het soort vaccin). Dit wordt zeer nauw opgevolgd om tijdig de nood aan een eventuele derde prik te kunnen vaststellen.

Ook Duitsland, het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten gaan ouderen een derde prik geven. In Israël krijgen personen vanaf 12 jaar een derde prik.

Bron

(1) https://www.health.belgium.be/sites/default/files/uploads/fields/fpshealth_theme_file/20210924_hgr-9...

Hoe moet je dit nieuws interpreteren?

Wie wel, wie niet en waarom

Om een idee te krijgen over de bescherming na vaccinatie, doen onderzoekers voornamelijk beroep op de gegevens over doorbraakinfecties en studies waarin antistoffen bepaald worden. Dit zijn aanwijzingen van de opgewekte immuniteit en tonen ons slechts een deel van het totale plaatje.

We weten momenteel niet wat het beste vaccinatieschema is voor de verschillende leeftijdsgroepen of risicogroepen. Door de pandemie hadden we de luxe niet om rustig verschillende vaccinatieschema’s te gaan onderzoeken. Een extra dosis toevoegen aan het schema is dus niet zo uitzonderlijk: ook het hepatitis B- en HPV-vaccinatieschema bestaan uit 3 dosissen.

Op basis van de huidige wetenschappelijke gegevens is er geen bewijs om iedereen een derde prik te geven. De basisvaccinatie beschermt de brede bevolking momenteel nog zeer goed tegen ernstige covidsymptomen en dat na besmetting met om het even welke variant.

Voor mensen met afweerstoornissen zijn er wel argumenten om een derde prik te rechtvaardigen. Al is de wetenschappelijke onderbouwing vaak beperkt tot kleinschalige studies en zijn er ook voor deze groepen kanttekeningen te maken.

Orgaan- of stamceltransplantatie

Om afstoting van het donororgaan te voorkomen, moeten mensen na een transplantatie levenslang immuunonderdrukkende medicatie innemen. Dit heeft uiteraard invloed op hun vermogen om infecties te bestrijden en hun reactie op vaccinatie. Onderzoek heeft aangetoond dat slechts ongeveer 50% van deze patiënten na de basisvaccinatie antistoffen aanmaakt. Dit vooral bij patiënten die op het moment van de vaccinatie nog voldoende eigen immuuncellen hebben. Een Franse studie toonde ook aan dat een boosterdosis voor een sterke stijging zorgt van de antistoffen, weliswaar vooral bij wie na de basisvaccinatie ook al antistoffen had. Bij wie dit niet het geval was, blijven de antistoffen in 50 tot 75% van de gevallen ondetecteerbaar. 

(Bloed)kankerpatiënten

Ook kanker en verschillende behandelingen tegen kanker kunnen slecht zijn voor het immuunsysteem. Een studie met 43 kankerpatiënten toonde aan dat een derde dosis voor een boost in het aantal antistoffen kan zorgen, opnieuw enkel bij wie na de basisvaccinatie reeds antistoffen had.

Hemodialyse 

Mensen die omwille van nierfalen dialyse ondergaan maken in 20% van de gevallen onvoldoende antistoffen aan na basisvaccinatie. Ook bij hen stijgt het aantal antistoffen na toediening van een boosterdosis en bovendien ook bij ongeveer de helft van wie na de basisvaccinatie onvoldoende antistoffen aanmaakte. Een derde prik lijkt voor deze groep dus zeker een verschil te maken.

Inflammatoire aandoeningen

Ook mensen met aandoeningen als de ziekte van Crohncolitis ulcerosa of reumatische aandoeningen staan vaak onder langdurige immuunonderdrukkende therapie. Uit studies bleek dat 80 tot 85% van deze groep wel degelijk goed reageerde op de basisvaccinatie. Voor deze groep is er momenteel geen informatie beschikbaar over het nut van een boostervaccin. In navolging van de andere groepen is het echter wel mogelijk dat een bijkomende dosis de immuunreactie bij ten minste een deel van deze patiënten wat kan oppeppen.

Hoogbejaarden

Hoe ouder we worden, hoe minder sterk ons immuunsysteem wordt. Studies in woonzorgcentra toonden aan dat een derde van de bewoners aanzienlijk minder antistoffen aanmaakten dan het zorgpersoneel. Of dit dan ook te weinig is om bescherming te bieden is echter niet duidelijk. Daarom wordt aan deze groep een derde prik aangeboden.

Gezonde 65-plussers

Er zijn wetenschappelijke gegevens beschikbaar van ernstige doorbraakinfecties bij 65-plussers. Hoe langer geleden de basisvaccinatie is, hoe groter dit risico. Studies die een derde prik evalueren bij gezonde ouderen zijn momenteel schaars. Een recente studie evalueerde een extra dosis met het Pfizervaccin vijf maanden na basisvaccinatie in meer dan 1 miljoen 60-plussers. In deze analyse werd de groep die twee dosissen kreeg vergeleken met de groep die er drie kreeg. Wie drie prikken heeft gehad, zou 20 keer minder risico lopen op een ernstige infectie, al waren er bedenkingen bij de studiemethode. Een andere kleine studie suggereert wel dat een derde prik de antistoffen fors doet stijgen bij 65- tot 85-jarigen.

Ethische vraagstukken

Is het ethisch acceptabel om de inwoners van Westerse landen – die al goed beschermd zijn – nog meer bescherming te geven terwijl veel mensen in andere werelddelen nog geen basisbescherming hebben kunnen krijgen? Gezien er nog steeds maar een beperkte hoeveelheid vaccins is, moeten deze ingezet worden waar ze de meeste gezondheidswinst opleveren. Bovendien kan vaccineren in lage- en middeninkomenslanden landen niet alleen daar levens redden, het is ook belangrijk om het ontstaan van varianten tegen te gaan.

België is op schema met haar donatie van 4 miljoen vaccins tegen eind 2021, waarvan reeds 2,1 miljoen vaccins geschonken werden. De huidige aanbevelingen brengen deze donatie niet in het gedrang. Bovendien keurt de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) een derde prik wel goed voor personen met een verminderde immuniteit. Ten slotte onderzoekt België alternatieve vaccinatietoedieningen om dosissparend te kunnen werken.

Conclusie

Een derde prik is voorzien voor mensen met afweerstoornissen en bewoners van woonzorgcentra en serviceflats. Dat wordt nu uitgebreid tot alle 65-plussers op basis van studies die wijzen op een verminderde werkzaamheid tegen ernstige ziekte door covid-19 vijf tot zes maanden na de basisvaccinatie. Er is momenteel geen nood om de hele bevolking een derde prik te geven, dit zou ook ethisch moeilijk aanvaardbaar zijn, vermits een groot deel van de derde wereld nog steeds wacht op een eerste dosis. 

Referenties