Waarom hebben vrouwen vaker astma?

30 november 2017 door EV

Mannen hebben maar half zo vaak astma als vrouwen. Dat ligt aan het effect van hun geslachtshormonen op hun longcellen.

Astmasymptomen nemen toe onder invloed van tal van factoren, zoals de blootstelling aan allergenen en virale infecties. Maar onderzoekers van Vanderbilt University hadden een vermoeden dat ook geslachtshormonen een rol speelden. Als kind hebben jongens namelijk 1,5 keer vaker astma dan meisjes. Maar na de puberteit verandert dat: vrouwen krijgen dan 2 keer zo vaak astma als mannen. En dat blijft zo tot aan de menopauze, waarna het aantal vrouwen met astma afneemt.

Om na te gaan wat daarvan aan is, verzamelden de onderzoekers bloedstalen van proefpersonen met en zonder astma. Ze ontdekten dat het bloed van de groep met astma meer ILC2-cellen bevatte. Dat zijn longcellen die cytokines aanmaken, een soort eiwitten die leiden tot ontstekingen en slijmproductie in de longen, waardoor het moeilijker wordt om te ademen. De astmatische vrouwen in de groep hadden meer ILC2-cellen dan astmatische mannen.

De onderzoekers gingen vervolgens het aantal ILC2-cellen na bij muizen. Hoewel de cellen bij hen heel zeldzaam zijn – ongeveer 10.000 van hun 10.000.000 longcellen – vonden de onderzoekers er ook bij de mannelijke beestjes minder van. Toen ze deze cellen bestookten met vrouwelijke hormonen, zoals oestrogeen en progesteron, veranderde er weinig. Maar voegden ze er het mannelijke hormoon testosteron aan toe, dan zagen ze dat dit ervoor zorgde dat de cellen minder cytokines produceerden.

Volgens de onderzoekers betekent dit dat geslachtshormonen je risico op astma beïnvloeden. Maar ze benadrukken meteen dat dit maar een van de vele mechanismes is die een invloed hebben op luchtwegontstekingen.