Natuur & Milieu

Stille getuigen op het strand

Van het nonnetje tot de Amerikaanse zwaardschede: de schelpen op de Belgische kust vertellen iets over de veranderingen die zich in de Noordzee voltrekken. Tel ze op de vierde Grote Schelpenteldag en help wetenschappers bij hun onderzoek. 

Dit is een artikel van:
Eos Wetenschap

Wat zijn de vijf meest voorkomende schelpen op ons Noordzeestrand? Wie deze vraag drie jaar geleden had gesteld, was van een kale reis thuisgekomen. Experts zijn er genoeg, alleen tellen die geen mosselen of nonnetjes, net zomin als zichzelf respecterende vogelaars tot voor kort de mussen een blik waard gunden. 

Na drie edities van de ‘Grote Schelpenteldag’ en met de hulp van burgerwetenschappers is er dan toch een antwoord. De talrijkste schelpen op het Vlaamse strand zijn de kokkel, het nonnetje, de mossel, de Amerikaanse zwaardschede en de halfgeknotte strandschelp. Die laatste soort heeft zijn naam niet gestolen: hij is enigszins driehoekig (‘geknot’) en is in diverse kleurvormen alom aanwezig op het strand. Samen met de kokkel, die typische geribbelde hartvormige schelp, zijn beide soorten goed voor een kleine 50 procent van alle op onze stranden gevonden schelpen. 

Nonnetjes.

Dat ze het koninginnenpaar van onze schelpenfauna vormen heeft veel te maken met hun ‘volharding’. De schelphelften die je van beide soorten aantreft zijn immers voor het overgrote deel fossiel. Ooit tierden deze tweekleppigen welig in het waddenlandschap dat onze kust kenmerkte. De massale aanwezigheid van die fossiele schelpen vandaag – vaak in grijsblauwe, vaalwitte of roestbruine kleurvarianten – is een stille getuige van dat verleden.

De bronzen medaille gaat dan weer naar het nonnetje, een typische ‘hedendaagse’ soort, goed voor 15 procent van alle schelpen. Je vindt ze in vele kleuren (geel, grijs, roze, wit), vaak als ‘portemonneetjes’. Een volksnaam die ze te danken hebben aan hun taaie slotband die beide schelphelften ook na afsterven vrij lang samenhoudt. Nonnetjes zijn vandaag algemeen en leven ondiep ingegraven in de bodem van onze kustwateren. 

De top vijf sluit af met de alom bekende mossel (9 procent) en met de Amerikaanse zwaardschede (6 procent), een exoot. Burgerwetenschappers troffen in totaal niet minder dan 56 verschillende schelpen en slakken op onze stranden, of zowat de helft van de 114 soorten vermeld in de handige gids Strandvondsten van Hans De Blauwe. 

Mysterie van de schelphelften

De tellingen van strandschelpen bieden ook een venster op de veranderingen die zich in de nabijgelegen zee afspelen. De vestiging van nietinheemse soorten, veelal vanuit de Noordwest-Atlantische of Pacifische regio, is daar een sprekend voorbeeld van. Exotische schelpdieren als de Japanse oester (voor het eerst in België gemeld in 1969), de Filipijnse tapijtschelp (2018), het muiltje (1911), de Amerikaanse zwaardschede (1987), Amerikaanse boormossel (1899) en Amerikaanse strandschelp 2017) zijn intussen goed voor 11 procent van alle aangetroffen soorten en schelpen. 

En hoe kort onze kust ook mag zijn, ze bevat veel variatie. We zien merkbare verschillen tussen
de schelpensoorten en -aantallen die tellers melden aan de westkust tegenover wat ze tegen de Nederlandse grens vinden. De Amerikaanse zwaardschede, tapijtschelp en rechtsgestreepte platschelp scoren beter aan de westkust, terwijl het nonnetje, de Amerikaanse en witte boormossel en de brakwaterkokkel opvallend talrijker zijn op de stranden van de oostkust. De bodemgesteldheid en nabijheid tot de Westerschelde zijn hier vermoedelijk van doorslaggevend belang. 

Aan de westkust vind je opvallend meer linkerhelften van de halfgeknotte strandschelp dan rechterhelften

Tot op heden deels onopgehelderd is dan weer het ‘mysterie van de schelphelften’. In 2020 scoorden de deelnemers aan de Grote Schelpenteldag voor het eerst het aantal linker- en rechterschelphelften van de vijf meest voorkomende soorten. Intuïtief verwacht je een verhouding van fiftyfifty. In werkelijkheid bleek de halfgeknotte strandschelp zich daar weinig van aan te trekken. Van de 3.700 gesorteerde schelpen waren 71 procent linker- en slechts 29 procent rechterhelften. 

Bij een vergelijking van verschillende telposten en kustgemeenten sprong dat verschil nog meer in
het oog. Ten westen van Westende telden de vrijwilligers gemiddeld 84 procent linkerschelphelften, ten oosten van Middelkerke slechts 66 procent. Het is bekend dat het verschil in bouw tussen de twee schelphelften een ander aanspoelpatroon op een strand kan teweegbrengen. Maar de ruime schaal – enkele tientallen kilometers – waarop dit patroon zich hier manifesteert, is ongezien. 

Dat het ‘breekpunt’ net ten oosten van de IJzermonding valt, doet vermoeden dat andere (historische) stromingspatronen ten westen en oosten van de IJzermonding deze sortering van grotendeels fossiele schelpen verklaren. 

Schelpenzoektocht

Al deze nieuwe kennis danken we aan de Grote Schelpenteldag. Dit jaarlijkse burgerwetenschapsevenement, opgestart in 2018, is een initiatief van het VLIZ, Eos, Natuurpunt, Kusterfgoed, de Provincie WestVlaanderen en de Strandwerkgroep, met actieve medewerking van de tien kustgemeenten. Tijdens de afgelopen drie edities telden en identificeerden meer dan duizend burgers, met hulp van experts, om en bij de honderdduizend strandschelpen (!). 

Bijleren over deze tot de verbeelding sprekende groep zeedieren is dé drijfveer voor de organisatoren en de deelnemers. Al zit de fascinatie voor schelpen bij velen ook diepgeworteld. Wie heeft op een strand nog nooit eens in bewondering gestaan voor de vormen- en kleurenrijkdom van dit aanspoelsel van de zee? En wie maakte als kind geen papieren strandbloemen aan zee, om die vervolgens te verkopen tegen een handje strandschelpen? Een lokale traditie die recent door de Unesco erkend is als immaterieel werelderfgoed. 

Vrijwilligers tellen schelpen tijdens een eerdere editie van de Grote Schelpenteldag.

Ook dit jaar is iedereen heel erg welkom op de vierde – geheel coronaproof uitgevoerde – Grote Schelpenteldag. Op 14 maart dagen we je uit om met je bubbel op eender welk Vlaams strand honderd strandschelpen te verzamelen volgens de vaste methodiek zoals getoond op de website. De aantallen van elke gevonden soort vertrouw je vervolgens toe aan een databank. Nog een foto erbij voor de validatie en je bent klaar. 

Heb je problemen met de herkenning van bepaalde schelpen? Geen nood, voor wie zich inschrijft organiseren we vooraf een cursus schelpen herkennen. En op zondag 14 maart kun je met ‘probleemsoorten’ terecht op de digitale scHELPdesk. 

Inschrijven voor de vierde editie van de Grote Schelpenteldag op zondag 14 maart kan gratis via www.groteschelpenteldag.be