Scholieren onderzoeken effect klimaatverandering

Krijgen bomen sneller blaadjes als de aarde opwarmt? Dat onderzoeken leerlingen van vijf Vlaamse scholen, in samenwerking met wetenschappers van de Universiteit Antwerpen.

De vijfdejaars van het Stedelijk Lyceum Quellin in Antwerpen gaven vandaag in de botanische tuin het startschot voor het onderzoek Knappe K(n)oppen. Ze kozen er vijf bomen uit. Van elk van die bomen zullen ze zes takken met knoppen opvolgen. Drie knoppen verven ze met nagellak: met zwarte, witte en kleurloze, zegt Eva van Wassenhove van de Universiteit Antwerpen. We vermoeden dat de zwarte nagellak ervoor zorgt dat de temperatuur van de knop hoger zal zijn. De witte nagellak zal de knop kouder maken. Dat zal er wellicht voor zorgen dat de eerste knop sneller openkomt; de tweede trager. Bij drie andere knoppen per boom manipuleren de leerlingen het daglicht. Rond één knop gaat s ochtends en s avonds een zwarte zak; rond een andere een witte zak en rond de derde gaat niets.

Door die zakken gaan we de dag korter maken, zegt Wendy Da Cruz (17), een van de scholieren. Net als in de winter. Dan gaan we kijken of de knoppen trager uitkomen.

Elke boom is ook voorzien van sensoren die de temperatuur bijhouden. Die hebben we zelf gemaakt, zegt Wendys klasgenoot Murphy Thompson (17). Ik wil later aan de universiteit wetenschappen studeren. Dankzij onze deelname aan dit experiment heb ik nu een beter zicht op wat wetenschappers doen. Zelf zou ik wel liever minder veldwerk doen, want ik vind het hier veel te koud (lacht)

In mei gaan de leerlingen aan de slag gaan met hun resultaten. De scholieren zijn van begin tot einde bij dit onderzoek betrokken, zegt Van Wassenhove. Ze hebben mee nagedacht hoe het experiment moest worden opgezet. Ze hebben zelf de temperatuurloggers gemaakt. Ze gaan de resultaten analyseren en ze zullen, voor de les Nederlands, een artikel schrijven over dit experiment. Ook willen we hen betrekken bij de wetenschappelijke publicaties.

Bomen spelen een belangrijke rol. Ze nemen het broeikasgas CO2 op uit de lucht, en veel vogels, insecten en andere organismen zijn afhankelijk van de levenscycli van bomen. Zo overleven jonge koolmeesjes op rupsen. Die rupsen eten blaadjes van bomen. Als de bomen vroeger of later bladeren krijgen, moeten ook de rupsen en mezen volgen. Wat bomen precies triggert om uit te lopen, is nog niet bekend. Hoe de knoppen reageren op temperatuurstijgingen en op meer licht, moet dit onderzoek uitwijzen.

Een botanische tuin, die staat toch vol exotische boomsoorten? Ja, dat klopt, zegt Van Wassenhove. Maar je moet werken met wat je hebt. We wilden dit experiment eerst in het stadspark doen, maar daarvoor kregen we geen toestemming. Hier mocht het wel. Daarnaast hebben we aan elke school ook vijf jonge beuken in een pot gegeven. Die inheemse boompjes kunnen ze op de speelplaats op school opvolgen.

 We voelden al heel lang dat onze leerlingen iets wilden doen voor het klimaat. Dit project sluit aan bij hun interesses en bezorgdheden, zegt Maarten Van Hoecke, leerkracht geschiedenis in de Antwerpse school. Door aan dit burgerwetenschapsproject mee te doen kunnen de leerlingen bovendien onderzoekservaring opdoen. Ze maken kennis met de mogelijkheden en moeilijkheden van wetenschap. Projectmatig en klasdoorbrekend werken, daar zijn wij op school al langer mee bezig. Dat is volgens mij de toekomst van het onderwijs.

We kregen van de onderzoekers heel veel informatie over de klimaatverandering, zegt Zeyneb Bellar (18). Nu ik weet dat koeien zoveel methaangas uitstoten, en dat de aarde daardoor opwarmt, eet ik bijvoorbeeld minder vlees. Door dit experiment heb ik het gevoel dat we iets doen om de wereld en onze toekomst te veranderen.

Ook geïnteresseerd in burgerwetenschap op school? Je vindt alle projecten op www.iedereenwetenschapper.be


Gerelateerde artikels

Klimaatverandering is een feit! Evolutie schiet te hulp

Klimaatverandering is een feit! Evolutie schiet te hulp

De aanpassing van het leven op aarde aan veranderende omgevingen is mogelijk  door natuurlijke selectie op basis van individuele verschillen. Deze (genetische) diversiteit binnen soorten staat echter onder druk. Het blijkt dat we als mensen onze strategieën moeten aanpassen om deze verschillen te monitoren, en zo onze biologische hulpbronnen optimaal te beheren.  Als we willen blijven profiteren van de diensten van de natuur, kunnen we maar beter deze grondstoffen van natuurlijke evolutie in de gaten houden zodat soorten zich kunnen blijven aanpassen aan veranderingen in hun omgeving.