Nieuwe aanpak wanneer je hart op hol slaat

Ook jij hebt vanaf je 40ste, 1 kans op 4 om voorkamerfibrillatie te krijgen. Om de toestroom van de vele patiënten de baas te kunnen, is er nood aan een nieuwe aanpak. Gelukkig zijn er oplossingen zoals slimme medicatieflessen.

De kans is groot dat jij of iemand uit je nabije omgeving ooit met voorkamerfibrillatie te maken krijgt en dan willen we toch allemaal de beste behandeling of opvolging, nietwaar?! Voor deze patiënten stoomden we vier nieuwe oplossingen klaar. We kunnen deze veelvoorkomende hartritmestoornis beter opsporen door eenvoudige toestelletjes correct te gebruiken. We kunnen de kennis van patiënten over hun aandoening efficiënt verbeteren via een nieuwe vragenlijst. Als we hen vanop afstand volgen met slimme medicatieflessen, nemen ze hun medicatie bijna perfect in. Tot slot weten we nu beter wat we moeten doen om risicofactoren zoals overgewicht aan te pakken.

“De voorkamerfibrillatie epidemie”

Als je hart plots op hol slaat en onregelmatig en vaak te snel samentrekt, dan is dit hoogstwaarschijnlijk voorkamerfibrillatie. Zonder correcte behandeling is het risico op een beroerte vijf keer zo groot. We kunnen gelukkig veel complicaties voorkomen als we tijdig de ritmestoornis vaststellen. Bij een goede behandeling en opvolging, kunnen patiënten een normaal leven leiden.

Omdat het aantal patiënten nog zal verdubbelen de komende 50 jaar, kunnen we hun toestroom steeds moeilijker de baas. Hier knelt het schoentje: hoe kunnen we de ritmestoornis beter opsporen?; zijn patiënten wel optimaal behandeld?; volgen zij de adviezen strikt op?;... Een nieuwe aanpak om deze ingewikkelde zorg te verbeteren is daarom hoognodig. Makkelijk gezegd, maar hoe begin je daaraan? Als je zorgsystemen wil verbeteren, moet je eerst degelijke concepten ontwerpen en oplossingen zoeken voor je kan beginnen te bouwen aan een betere zorg.

1 minuutje

Dat is de tijd die we momenteel nodig hebben om de ritmestoornis op te sporen. Dit kan via nieuwe eenvoudige toestelletjes zoals een staaf die je moet vasthouden zoals een fietsstuur of een dun plaatje dat je op je smartphone kan bevestigen. Bij 445 gehospitaliseerde personen zijn we gaan kijken hoe we deze toestelletjes op de beste manier in het ziekenhuis kunnen inzetten. 

De bruikbaarheid en correctheid van deze toestelletjes mag dan nog wel niet 100% zijn, met een goed georganiseerde aanpak kunnen we op een effectieve manier de ritmestoornis opsporen. En dat is nodig want één op de drie personen met voorkamerfibrillatie heeft geen klachten waardoor de ritmestoornis moeilijk te detecteren is.

We kunnen de ritmestoornis snel opsporen met eenvoudige toestelletjes.

Kennislacunes

Je kent het wel: lang wachten op een afspraak bij de specialist en de consultatie moet vaak snel gaan. Patiënten komen het dokterskabinet soms buiten met meer vragen dan dat ze zijn binnengekomen. Dit kan niet de bedoeling zijn. Dat was de insteek van een project waarbij ik onderzocht wat patiënten weten over hun ritmestoornis, de mogelijke gevolgen en de behandeling ervan. Hiervoor hebben we een nieuwe, korte maar volledige, vragenlijst ontwikkeld. Door meer dan 500 patiënten de vragenlijst te laten invullen, konden we aantonen dat er grote kennislacunes zijn. Wereldwijd gebruiken ziekenhuizen nu deze vragenlijst. En in andere landen is de kennis niet beter dan in België!

Stap twee is om hier iets aan te doen. Als je dan toch moet wachten in de wachtzaal, dan kunnen we die tijd best zo efficiënt mogelijk benutten. En zo gebeurt het nu: doordat patiënten de vragenlijst invullen in de wachtzaal, zien we snel wat ze al dan niet weten over de hartritmestoornis. Nadien vertellen we hen enkel wat ze nog niet weten en verliezen we niet oeverloos veel tijd met onnodige herhaling. We toonden aan dat zelfs één korte maar gerichte educatiesessie het kennisniveau al sterk verbetert.

Vanaf nu gaan we in de wachtzaal al na wat een patiënt weet over zijn aandoening.

Slimme medicatiefles

“Slimme” medicatieflessen zorgen ervoor dat patiënten hun pilletjes zeer goed innemen. Om het optreden van bloedklontertjes die beroertes kunnen bezorgen tegen te gaan, moeten personen met de ritmestoornis strikt hun medicatie nemen. Dit gebeurt niet altijd. Hierin brachten wij verbetering door de therapietrouw vanop afstand op te volgen. Dit kan omdat een slimme medicatiefles registreert wanneer je deze opent om je pilletje in te nemen. Ik keek mee vanuit het ziekenhuis over de schouder van de patiënt en stuurde bij als de patiënt de medicatie niet correct innam. Voor sommigen was het wel even schrikken als ik belde om te vragen waarom ze hun medicatie waren vergeten, maar ze vonden dit positief. Het gerenommeerde cardiologie vaktijdschrift “European Heart Journal” publiceerde onze resultaten.

Risicofactoren aanpakken

Voorkamerfibrillatie is vaak maar het topje van de ijsberg. Onder het oppervlak is er meer aan de hand. De ritmestoornis fungeert namelijk als een knipperlicht voor verschillende risicofactoren die deze aandoening veroorzaakt hebben: overgewicht, roken, overmatig alcoholgebruik, slaapstoornissen, hoge bloeddruk,… Daarom ontwikkelden we concretere strategieën om deze één voor één aan te pakken; te beginnen bij twee factoren die we meestal over het hoofd zien, namelijk overgewicht en slaapapneu.

In drie Vlaamse ziekenhuizen en bij 560 personen met voorkamerfibrillatie zagen we dat meer dan 2 op de 3 overgewicht hadden. Hiervan hebben we 143 patiënten ondervraagd hoe we ze het best kunnen ondersteunen om gezonder te leven en gewicht te verliezen. Met deze informatie werken we nu programma’s uit die patiënten gedeeltelijk of volledig thuis kunnen afwerken.

Samen met experten uit Australië, hebben we een zorgtraject uitgewerkt om slaapapneu op te sporen en aan te pakken. Dit onderzoeken we nu in een nog lopend studieproject.

Chronisch zieken

Eens voorkamerfibrillatie betekent doorgaans ‘heel je leven voorkamerfibrillatie’, chronisch dus. Het is mogelijk om de nieuwe bouwblokken die voortvloeiden uit dit doctoraat te vertalen naar andere aandoeningen want steeds meer mensen lijden aan chronische ziekten. Alleen op deze manier werken we toe naar een vernieuwde zorg.

Lien Desteghe is met haar onderzoek naar voorkamerfibrillatie genomineerd voor de Vlaamse PhD Cup.