Eos Blogs

Circulaire economie: systeemverandering vs. klimaatverandering

Aanpassingen zijn nodig om klimaatverandering tegen te gaan, maar individuele acties, hoewel bewonderenswaardig, zijn niet genoeg.

“System Change not Climate Change!”

Eén van de vele slagzinnen die bij de vele klimaatprotesten wereldwijd rondgeroepen werd. En met goede reden.

Ons economisch systeem dwingt ons om meer en meer te consumeren terwijl de aarde slechts beperkte hulpbronnen kan leveren. Welke veranderingen in het systeem zijn nodig om hier verandering in te brengen? En zijn we al op weg?

Volgens Nobelprijswinnaar Joseph Stiglitz drijft onze drang naar geld in onze competitieve, non-circulaire, hulpbron uitputtende economie de aarde steeds meer naar de rand. Dat is niet alleen zijn geloof.

“Wij zijn de eerste generatie die het effect van klimaatverandering voelt en de laatste generatie die er iets aan kan doen.” Barack Obama, 2015, CoP 21 van de Verenigde Naties

Iedereen die systeemverandering wil voortbrengen loopt in onze Westerse samenleving tegen een groot probleem aan: onze economie. Wij leven in een kapitalistische consumptiemaatschappij. Alles wat geen geld oplevert wordt niet geaccepteerd.

Maar de wortel van het probleem ligt dieper dan winst draaien. Veel mensen willen duidelijk niet de veranderingen maken die nodig zijn om klimaatverandering effectief tegen te gaan. Waarom niet? Afgezien van de klimaatpsychologie (hier meer over te lezen), moeten we steeds maar meer dingen kopen. Iedereen is zich waarschijnlijk bewust van hoe wij als consumenten op de één of andere manier constant gemanipuleerd worden. Niet alleen door reclame die inspeelt op ons onderbewuste, maar iPhones zijn bijvoorbeeld min of meer ontworpen om na twee jaar kapot te gaan zodat we nieuwe gsm's moeten blijven kopen.

Dat is omdat de economie is gebouwd op een principe dat zo fundamenteel is, dat het als vanzelfsprekend beschouwd wordt.

Het antwoord op elk probleem

Groei.

Permanente groei van de economie, gemeten door Bruto Nationaal Product (BNP), oftewel de totale kosten van goederen verkocht in een land over de tijdsduur van een jaar.

“Bruto Nationaal Product (...) werd al snel het hoofddoel van beleidsvorming. Tot op zo’n hoogte dat vandaag de dag, zelfs in de rijkste landen, regeringen nog denken de oplossing voor al hun economische problemen meer groei is." Katherine Raworth, 2018 (TED talks Vancouver, BC)

Aan de basis van ons economisch systeem ligt het geloof dat permanente groei nodig is voor een hoger doel dan groei zelf, zoals nationale waardigheid of een beter leven voor onze kinderen. Maar men is het langzamerhand eens dat door de effecten van consumentisme onze kinderen waarschijnlijk geen beter leven gaan krijgen.

Donald Trump beloofde 3% groei van de VS economie per jaar. Dat betekent een verdubbeling van de economie elke 24 jaar. Nu al verbruiken we in België gemiddeld 6.3 keer zo veel hulpbronnen als wat de aarde per persoon kan leveren. De economische groei eist dat we meer en meer blijven kopen, in zo’n hoge mate zelfs dat de hoeveelheid producten die over 24 jaar gekocht worden samen een prijs hebben die twee keer zo hoog is als nu. En dan zouden we aan de groei vast moeten houden?

Oneindige groei is geen optie op een planeet met beperkte hulpbronnen. Onze economie neemt van de aarde, maar geeft heel weinig terug. Mensen verschuilen zich achter recycling en termen als “groene groei”, “inclusieve groei” en “gebalanceerde groei”. Het stelt ons gerust, sust misschien ons geweten en we gaan verder met ons normale leven, waarin we al geoeg moeilijkheden hebben. Zeker als we veranderingen maken als geen vlees eten (of minder), niet (of minder) het vliegtuig nemen, etc.

Maar dat is hooguit het probleem symptomatisch aanpakken. Het is duidelijk niet genoeg. De productie van plastic afval stijgt nog steeds. De consumptie van fossiele brandstoffen stijgt nog steeds. Spullen worden nog altijd steeds meer gekocht, terwijl zelfs kledingartikelen een enorme koolstof imprint hebben.

En economische groei is niet eens nodig voor ons welzijn.

Groei maakt niet gelukkig

“Sinds wanneer is BNP een goede indicator voor het welzijn van de mens?” George Monbiot, 2019

Wetenschappelijke studies wijzen uit dat geld niet of nauwelijks bijdraagt aan gelukkigheid, zolang men zichzelf en eventueel zijn/haar familie kan ondersteunen .  In onze kapitalistische maatschappij is rang van inkomen zelfs belangrijker dan de grootte van het inkomen; je salaris maakt je gelukkig als je meer verdient dan anderen om je heen. 

In Bhutan heeft men het BNP zelfs volledig laten vallen. Daar heet de landelijke indicator van welzijn Gross National Happiness. Het idee heeft veel aandacht getrokken vanuit de rest van de wereld en schijnt uitstekend te zijn om een balans te vinden tussen mens en natuur. Het is geen toeval dat Bhutan het enige land ter wereld dat een “koolstofput” in plaats van een koolstofbron. Tevens heeft Bhutan ook opzettelijk al haar bosgebieden met elkaar verbonden d.m.v. ecologische “corridors”.

Maar dat lijkt in onze westerse maatschappij nog een beetje veraf. Welke aanpassingen kunnen wij snel maken in onze maatschappij om de aarde meer in acht te nemen?

Circulaire economie

De eerdergenoemde Joseph Stiglitz is ook geen voorstander van economische groei volledig te laten vallen. Zelfs de eerdergenoemde Katherine Raworth geeft geen concreet plan om de economie niet groei-centrisch te maken. Misschien is het ook niet nodig met de “circulaire economie”. 

Dit  is een (vooralsnog theoretisch) economisch systeem waarin alle afval wordt hergebruikt. Hulpbronnen zijn dus onuitputtelijk en worden constant vernieuwd. We zouden leven in evenwicht met de aarde. In de moderne wereld lijkt dat echter nog ver weg... maar we zien vooruitgang.

“Vorige maand hebben 44 van de grootste EU investeerders, die samen een waarde van 6 triljoen euro vertegenwoordigen, een oproep gedaan op de Europese Unie om klimaatneutraliteit wettelijk te verplichten." Ursula von der Leyen, presidente van de Europese Unie, Davos, 2020

De Europese Unie wil groei bevorderen die geen hulpbronnen wegneemt, maar meer aan de planeet terug geeft. Geïnteresseerden kunnen de officiële documenten van de Europese Unie lezen.

Er zijn een groot aantal interessante initiatieven opgenomen in de plannen van de EU. Enkele daarvan zijn:

  • Verbod op de 10 meest voorkomende “single use” plastics. Tegen 2025 moet 90% van alle plastic gerecycled kunnen worden.
  • Fundering van recyclegerichte technologieën.
  • Instellen van regulaties die het veel makkelijker maken om kunstmest gemaakt uit hergebruikte landbouwstoffen op de markt te brengen.
  • Instellen van metrieken voor duurzaam gedrag van bedrijven. Daarbij moeten voor biodiversiteit belangrijke gebieden en criteria omtrent een “groene” leveringsketen in acht genomen worden.

Voorbeelden in België

Veel van de bovengenoemde maatregelen zijn opgenomen in Vlaanderen. 153 bedrijven in Vlaanderen hebben tussen 2015 en 2017 hun leveringsketen circulair gemaakt.

Bijvoorbeeld, in de luchthaven van Oostende worden oude vliegtuigen gerecycled, in plaats van ze naar kerkhoven in uithoeken van de wereld te sturen .

In Brussel wordt er ook uitgeleefd wat de Europese Unie preekt. 93% van alle contracten groter dan €60000 in Brussel voldeden aan stricte groene regels in hun leveringsketen.

Deze vooruitgang vraagt om veel onderzoek en innovaties. Circulair Vlaanderen heeft een fonds dat uitgereikt wordt aan innovaties omtrent duurzaamheid in de productieketen van bedrijven. Onlangs goedgekeurde initiatieven focussen op bijvoorbeeld op circulaire bouwproducten, circulair linnen en printers.

Dus ook op intergouvernementeel niveau wordt de noodzaak tot systeemverandering in ieder geval ingezien. Dat is hoog tijd, want volgens de wetenschap is dit het laatste decennium waarin we de potentieel catastrofale gevolgen van klimaatverandering kunnen tegengaan. Er is nog een lange weg te gaan, maar elke reis begint met een enkele stap. Misschien zetten de aanpassingen die we vandaag maken een trend voor morgen.