Niet langer ‘permanent bevroren’: de Siberische permafrost dooit nóg sneller dan verwacht

Geen plek op aarde die sneller opwarmt dan het noordpoolgebied. Daardoor ontdooit de permafrost. Uit Nederlands onderzoek blijkt nu dat extreme zomerbuien in de arctische gebieden dat proces nog versnellen.

Beeld: Een afkalvende permafrostbodem aan de oever van een meer laat zien dat er manshoge ijsstructuren in de bevroren grond verborgen zitten. De bodem is donker van kleur door de aanwezigheid van organisch materiaal zoals afgebroken plantenresten. Credit: Rúna Magnússon

Het arctische gebied warmt tot drie keer sneller op dan de rest van de planeet. Onlangs kampten beide polen tegelijk met uitzonderlijke temperaturen. Boven de noordpoolcirkel werden temperaturen gemeten die 30 graden hoger lagen dan gewoonlijk. Ook in Siberië sneuvelen geregeld hitterecords. Daardoor ontdooit de permafrost razendsnel. Volgens klimaatmodellen verliezen we tegen 2100 24 tot 70 procent van de ondiepe permafrost. Maar permafrost reageert niet enkel op stijgende temperaturen in het noordpoolgebied. Ook regen heeft een invloed. Over het exacte effect van neerslag op de permafrost tastten we lang in het duister. Tot nu.

Op de toendravlakten van Jakoetië, in het noordoosten van Siberië, bestudeerde Rúna Magnússon gedurende drie jaar hoe een extreem natte zomer de permafrost beïnvloedt. Magnússon, promovendus bij Plantenecologie en Natuurbeheer aan de universiteit van Wageningen, gebruikte sproeiers om op tien plots intense zomerbuien te simuleren. Tien controleplots liet ze ongemoeid. Onder de beregende plots dooide de permafrost tot 35 procent dieper. Dat gebeurde niet enkel tijdens de eerste zomer, maar ook in de twee volgende jaren, waarin er niet extra gesproeid werd. ‘Vooraf had ik wel een effect verwacht, maar ik dacht niet dat het zo groot zou zijn’, zegt Magnússon.

‘Waarschijnlijk zal de permafrost nog sneller verdwijnen dan we momenteel denken’

En regenen zal het, in het noordpoolgebied. Tegen 2100 wordt er tot 60 procent meer neerslag verwacht. ‘Waarschijnlijk zal de permafrost nog sneller verdwijnen dan momenteel aangenomen wordt op basis van stijgende temperaturen alleen’, concludeert Magnússon. Dat is slecht nieuws. De permafrost vormt de fundering van het arctische ecosysteem. Ontdooit die, dan komt er CO2 en methaan vanuit de bodem in de atmosfeer terecht. Die broeikasgassen dragen bij tot de verdere opwarming van de aarde. Gevolg: een positieve terugkoppeling die zichzelf in stand houdt.

Met een motorpomp en sproeiers simuleerden onderzoekers van de Plantenecologie & Natuurbeheer groep het effect van extreme zomerbuien op het Siberische toendra-ecosysteem. Foto: Rúna Magnússon

Extreme regen in het noordpoolgebied valt moeilijk te voorspellen. Daardoor, zo vreest Magnússon, dreigen klimaatmodellen de uitstoot van methaan door permafrostdooi te onderschatten. Waardoor we misschien te optimistische doelen vooropstellen om de klimaatcrisis te beteugelen. Zelf hoopte Magnússon haar proef te blijven monitoren, maar de oorlog in Oekraïne beslist daar voorlopig anders over. Alle samenwerkingen met Russische onderzoeksinstituten staan op pauze. ‘Daarom overleggen we over alternatieven, onder meer op Spitsbergen.’ Magnússon wil er graag nagaan wat de impact van zomerregen op de permafrost is in een bergachtige omgeving.

Het onderzoek werd gepubliceerd in Nature Communications.


Gerelateerde artikels

Klimaatverandering is een feit! Evolutie schiet te hulp

Klimaatverandering is een feit! Evolutie schiet te hulp

De aanpassing van het leven op aarde aan veranderende omgevingen is mogelijk  door natuurlijke selectie op basis van individuele verschillen. Deze (genetische) diversiteit binnen soorten staat echter onder druk. Het blijkt dat we als mensen onze strategieën moeten aanpassen om deze verschillen te monitoren, en zo onze biologische hulpbronnen optimaal te beheren.  Als we willen blijven profiteren van de diensten van de natuur, kunnen we maar beter deze grondstoffen van natuurlijke evolutie in de gaten houden zodat soorten zich kunnen blijven aanpassen aan veranderingen in hun omgeving.