Welke dieren lijden pijn?

Dieren voelen pijn. Niet alleen zoogdieren zoals wij, maar ook vogels, vissen en mogelijk kreeften.

Wie niet kan praten, voelt geen pijn, was lange tijd het adagium in de wetenschappelijke wereld. Tot de jaren 1980 opereerden artsen baby’s die nog niet konden praten zonder verdoving. Intussen weten we gelukkig beter.

Mogelijk worden kreeftachtigen binnenkort aan dit lijstje pijnlijders toegevoegd

Ook dieren praten niet. Maar lijden doen ze evenzeer. Dierenleed raakt ons meer en meer. Denk maar aan de commotie die uitbrak nadat de mishandeling van varkens in het slachthuis van Tielt in West-Vlaanderen met een verborgen camera werd vastgelegd. Het slachthuis moest onmiddellijk de deuren sluiten. Of aan de Vrije Universiteit Brussel, die recentelijk haar regels rond het gebruik van proefmuizen aanpaste als reactie op een ander undercoverfilmpje dat de gemoederen verhitte.  De bezorgdheid over dierenleed is legitiem. Ze roept ook vragen op. Welke dieren zijn in staat om bewust te lijden?

De grote meerderheid van de diersoorten bezit neurale waarschuwings­mechanismen die onder de koepelterm ‘nociceptie’ (‘pijnzin’) bekend staan. Die zorgen ervoor dat ze gevoelig zijn voor wat hen schade kan toebrengen of kan doden. Denk aan hitte, een hoge zuurgraad, elektriciteit … Op zulke signalen reageert het dier door te vluchten of bijvoorbeeld een pootje weg te trekken.

Bij een aantal soorten, zoals de wormen, gaat het zonder twijfel om een automatische en onbewuste reflex. Dieren die complex gedrag en denken vertonen, hebben waarschijnlijk ook een vorm van bewustzijn. Zij zullen dus ook pijn voelen.

Volgens de huidige wetenschappelijke kennis beantwoorden twee groepen van dieren aan deze criteria: de gewervelden en de inktvissen. Over de kreeftachtigen bestaat twijfel.

Een brein als dat van ons

Laten we beginnen bij de grote groep van de gewervelde dieren. Vissen, amfibieën, reptielen, vogels en zoogdieren reageren vaak met typisch gedrag op een pijnlijke prikkel. Kalveren waarbij zonder verdoving de hoorns zijn verwijderd, schudden met hun kop of wrijven ermee tegen de omheining. Verdoving is in België en Nederland verplicht, maar ook dan vertoont het dier nadat die verdoving is uitgewerkt symptomen van pijn.

Als ze bang zijn, verhoogt de hartslag van gewervelden. Ze hebben hersenstructuren die lijken op ons limbisch systeem, de gebieden die de emoties beheersen.
Hoe weten we nu of dat overeenstemt met een bewuste ervaring? Deze vraag roept de algemene vraag op of dieren bewustzijn hebben. Hun gedrag en hun hersenstructuur wijzen alvast in die richting. Het complexe gedrag bij sommige diersoorten is moeilijk te begrijpen zonder een bepaalde vorm van bewustzijn.

Sommige vogelsoorten verstoppen samen met een soortgenoot voedsel voor de winter.  Zo gauw hun maatje is vertrokken, zoeken ze een andere bergplaats. Chimpanseewijfjes. vermijden lawaai te maken als ze met een ander copuleren dan het alfamannetje, zodat die hen niet kan vinden. Het brein van alle gewervelde dieren vertoont structuren die veel overeenkomsten vertonen met de gebieden verantwoordelijk voor het bewustzijn bij de mens – de cerebrale cortex.

Toch blijft er controverse bestaan. Sommige wetenschappers ontkennen dat vissen lijden, terwijl ze tot de gewervelden behoren. Zij werpen op dat er twee soorten cerebrale cortexen bestaan: een ‘oude’ cortex op evolutionair niveau, die alle gewervelden bezitten, en een recente cortex (neocortex), die we vooral aantreffen bij vogels en zoogdieren. Vissen hebben geen neocortex.

Daaruit afleiden dat ze over geen enkele vorm van bewustzijn beschikken, is niet fair. Veel vissoorten vertonen intelligent gedrag. Zo jagen voshaaien op sardines door bruuske slagen van hun staart op het water. Zo creëren ze drukgolven die een massa prooien doden.

Bij inktvissen treffen we verbazingwekkende uitingen van emoties en superieure intelligentie aan, net als de bijbehorende hersenstructuren. Sommige octopussen gebruiken een halve schaal van een kokosnoot als schild. Ook hier lijkt het logisch dat zij een bewustzijn hebben en dat een pijnprikkel deze dieren bewust doet lijden.
Voor het gebruik van proefdieren bestaan Europese regels. Zo moeten ze verdoofd worden voor ze een chirurgische ingreep ondergaan, en als ze wakker worden, krijgen ze pijnstilling. In Vlaanderen bereikte de regering in maart een akkoord om het onverdoofd slachten van schapen vanaf 2019 te verbieden. In Nederland blijft dat toegestaan om religieuze redenen.

Op andere vlakken schiet de bescherming tekort. In de keuken belet niemand ons een levende forel in kokend water te gooien. Ook in de jacht of visvangst zijn er weinig regels om het leed van dieren te beperken.

Levend gekookt

En hoe zit het met andere dierenfamilies? In Duitsland, bijvoorbeeld, zijn ook tienpotigen zoals kreeften, krabben en garnalen beschermd in het kader van dierproeven.

Bij deze diersoorten ‘zijn reacties in het gedrag te complex (…) om te worden verklaard door een reflex, en ze zijn consistent met een beleving van pijn’, meent Robert Elwood van Queen’s University in Belfast. Hij voerde een studie uit bij heremietkreeften. Door hen elektrische schokken toe te dienen leerde hij hen bepaalde schelpen te vermijden. Als het ging om een schelp waarin ze wilden wonen, verlieten ze die pas na zwaardere schokken. De dieren ‘evalueren’ dus de schuilplaats. Ze wegen de voor- en nadelen af.

Zulk gedrag valt moeilijk te interpreteren als een simpele, onbewuste reactie.

Kan je hen als onderzoeker zonder schuldgevoel een stroomstoot toedienen?

De wetenschappelijke kennis evolueert snel en onze mentaliteit ook. De wetgeving volgt, maar in haar eigen tempo ...