Herinneringen ophalen gaat achterstevoren

15 januari 2019 door AB

Een herinnering oproepen begint bij het geheel en gaat dan naar details. Dat is het omgekeerde van wat we doen als we een herinnering aanmaken.

We weten al dat herinneringen meestal geen precieze replica’s zijn van wat we echt zagen of meemaakten. Ze zijn onder meer afhankelijk van onze kennis en van hoe we naar de wereld kijken. Hoe een herinnering dan precies tot stand komt, is nog altijd onduidelijk.

Neurologen aan de University of Birmingham probeerden een tipje van de sluier te lichten. Voor hun onderzoek gingen ze uit van een bekend gegeven. Als we voor het eerst een voorwerp zien, dan nemen we eerst de details waar. Dat zijn bijvoorbeeld patronen en kleuren. Pas daarna zien we het geheel en nemen we het voorwerp zelf waar.

De onderzoekers vroegen proefpersonen om een aantal voorwerpen te bekijken. Daarbij hoorde telkens een specifiek woord dat helpt het voorwerp te herinneren. Vervolgens werden de voorwerpen weggehaald en moesten de proefpersonen zich de correcte voorwerpen herinneren aan de hand van de woorden. Tijdens de test maten de onderzoekers via elektroden de hersenactiviteit van de proefpersonen. 

De wetenschappers lieten de informatie van de elektroden door een algoritme lezen. Dat algoritme heeft al eerder geleerd welke patronen van hersenactiviteit horen bij welke soort informatie. Deze techniek heet brain decoding. Daarmee zagen de wetenschappers dat de deelnemers zich eerst het concept van het object herinnerden en later pas de details van het voorwerp. Dat is het omgekeerde van wat gebeurt als we een herinnering aanmaken.

Deze resultaten helpen wetenschappers onder meer begrijpen hoe betrouwbaar de herinneringen van ooggetuigen zijn. De neurologen willen nu onderzoeken hoe we complexe herinneringen oproepen.

De bevindingen zijn gepubliceerd in het vakblad Nature Communications.