Meer over de 'duurzaamheidsranking’

19 juli 2015 door MR

Luiers beoordelen op ‘duurzaamheid’ is géén rechttoe rechtaan gebeuren. Dat heeft veel redenen.

Luiers beoordelen op ‘duurzaamheid’ is géén rechttoe rechtaan gebeuren. Dat heeft veel redenen.

Ten eerste: wat we verstaan onder ‘duurzaamheid’ verandert nog steeds, en stevig ook! Toen het begrip, begin

jaren negentig, internationaal vorm kreeg, ging de aandacht vooral uit naar milieuproblemen. We moeten Moeder Aarde niet opzadelen met ecologische risico’s. Vervolgens groeide de aandacht voor sociale kwesties, zoals rechten van arbeiders, onderdrukte bevolkingsgroepen (discriminatie) of inheemse volkeren. Voor een leefbare aarde is het ook belangrijk dat daarmee goed wordt omgegaan, betoogden vakbonden en de toenmalige Derde-Wereldbeweging.

Geleidelijk kwam daar ook ‘ethical investment’ en dierenrechten bij: bedrijven en instellingen die geld verdienden aan wapenhandel, dictaturen of dierenleed kregen de wind van voren. Leed voorkomen hoort bij voortschrijdende beschaving (lees: duurzaamheid), meenden de boze actiegroepen.

Sinds de economische crisis van 2008 zijn aan het ‘ethical finance’ verhaal enkele totaal nieuwe elementen toegevoegd: de verontwaardiging over ‘graaigedrag’ van topmanagers en belastingontwijking die overheden honderden miljarden broodnodige dollars kosten.

Verschillen subtiel

Eén maatschappelijk antwoord op de vraag ‘is dit duurzaam?’ is dus nog niet te geven. Het antwoord  houdt telkens andere/nieuwe, en deels tijdgeest-gebonden keuzes in: wat laten we meewegen en wat niet, en hoe zwaar dan? Bij al te uitgesproken beoordelingen ligt verborgen willekeur op de loer. Bescheidenheid is alleen al daarom geboden.

Ten tweede gelden voor luiers specifieke redenen tot omzichtigheid, nog afgezien van het feit dat nog allerlei gegevens ontbreken. Bekijken we de luiers puur als milieubelastend product, dan blijkt om te beginnen dat formele analysemethoden voor de ‘levenscyclus’ of de CO2-voetafdruk van luiers uiteen lopen en verschillende antwoorden opleveren.

Tegelijkertijd valt op dat luiers van verschillende merken in hun samenstelling zozeer op elkaar lijken, dat van werkelijk betekenisvolle duurzaamheidsverschillen zelden sprake is. Anderzijds is de wegwerpluier allerminst uitontwikkeld. De innovaties gaan razendsnel. Wat je vandaag opschrijft, kan morgen verouderd zijn, en de hekkensluiter van nu kan volgend jaar toch ineens een innovatief duurzaam topmerk blijken. Zelfs op productniveau moet je met harde oordelen dus erg voorzichtig zijn.

Ruggensteuntje

Daarbij komt dat het bij duurzaamheid ook inzake luiers om veel meer gaat dan milieu-impact alleen. People, planet profit: al deze elementen moet je laten meewegen. Dat betekent dat je ook moet kijken naar het duurzaamheidsbeleid ‘achter’ de luier als product. Sociale en financiële inspanningen en prestaties van zowel merkeigenaren als fabrikanten en hun toeleveranciers, het telt allemaal mee. Van grondstof tot afvalverwerking.

Zeker nu blijkt dat de gehele keten in ieder geval actief op zoek is naar meer duurzame oplossingen, ieder vanuit eigen denkkaders en mogelijkheden, kun je geen keiharde eenduidige maatstaven aanleggen. Duurzaamheid is geen vast gegeven, dat we al kennen, maar een (zoek)proces waar iedereen nog middenin zit, ook de beoordelaar zelf.

Tot slot was een dergelijk diepgravend journalistiek onderzoek voor veel merkeigenaren nieuw en onwennig. Hoewel een aantal nog niet transparant meewerkte, kan het best zijn dat zij achter de schermen hard op weg zijn naar duurzaam opereren.

Om al deze redenen hebben we bij Eos als wetenschapsblad onze eigen, ogenschijnlijk logische vraag “Welke luier is het meest duurzaam?” doelbewust losjes opgevat. De vijf categorieën waarin de luiermerken verdeeld zijn dragen dat ietwat informele stempel. De ranking moet daarom eerder opgevat worden als een positieve prikkel en een ruggensteuntje voor de consument dan als een harde beoordeling.

Het luierproject van Eos Magazine kwam tot stand met de steun van het Fonds Pascal Decroos voor Bijzondere Journalistiek.