Georgische wijn is oudste ter wereld

15 november 2017 door SST

De Kaukasus wordt al lager gezien als bakermat van de wijncultuur. Nu zijn er restanten van wijn gevonden in kruiken van liefst achtduizend jaar oud.

Bij ons geniet de regio minder faam, maar in Oost-Europa – en zeker in de landen van de voormalige Sovjet-Unie - is de Kaukasus beroemd om haar wijntraditie. Landen zoals Georgië en Armenië zijn vandaag nog altijd belangrijke producenten, maar door de ‘verwesterlijking’ van de wijntraditie zijn ze een beetje in de verdrukking geraakt.

Mensen maakten 8.000 jaar geleden al wijn in het gebied waar nu Georgië is

Dat was ooit anders, want Georgië – en bij uitbreiding de hele Kaukasus en het gebied daaromheen – wordt al lang beschouwd als de bakermat van de wijn. Dat wil zeggen: het gebied waar de mens voor het eerst wilde druiven ging verbouwen (en dus domesticeren) om er vervolgens wijn van te maken. De oorsprong van de Vitis vinifera, zeg maar de stamvader van alle cultivars en wijndruifvariëteiten, ligt dan ook hier. Het hoeft dus niet te verrassen dat archeologen een vijftigtal kilometer ten zuiden van de Georgische hoofdstad Tbilisi de (totnogtoe) oudste resten van wijn hebben gevonden.

Een team van Amerikaanse, Canadese en Georgische wetenschappers kon organische resten recupereren uit aardewerken potscherven opgegraven in nederzettingen van de Sjoelaveri-Sjomoecultuur, die zich vanaf het zesde millennium vóór Christus uitspreidde over huidig Georgië, Armenië en Azerbeidzjan. Chemische analyses onthulden de aanwezigheid van stoffen zoals appelzuur, citroenzuur, barnsteenzuur en wijnsteenzuur. Samen vormen die stofjes de onmiskenbare vingerafdruk van gefermenteerd druivensap – wijn dus.

Sterker nog, volgens de archeologen werden de druiven die hier achtduizend jaar geleden al werden geteeld, uitsluitend voor de productie van wijn gebruikt. De ontdekking duwt de vondst van resten in het Zagrosgebergte in Iran – die dateren van ten vroegste 5.000 vóór Christus – van de tabellen als oudste wijn.