Waarom patiënten massaal liegen tegen hun arts

De overgrote meerderheid van de patiënten is niet helemaal eerlijk tegen hun dokter.

Heb jij de waarheid al eens mooier voorgesteld dan ze in werkelijkheid is? Ook als je op consultatie gaat bij een arts en hij of zij je vraagt hoeveel uren per week je beweegt en wat je op een dag zoal naar binnen speelt? Je bent lang niet de enige.

Uit een recent onderzoek van de universiteit van Utah blijkt dat 60 tot 80 procent van de patiënten niet volledig eerlijk is tegen hun arts over informatie die relevant kan zijn voor hun gezondheid. Ze jokken niet alleen over hun eet- en sportgedrag. Meer dan een derde laat niet blijken dat ze het niet eens zijn met de aanbevelingen van de arts. En velen durven niet toe te geven dat ze de instructies van de arts niet helemaal hebben begrepen. Ze doen dat vooral omdat ze willen dat hun arts een positief beeld heeft over hen en omdat ze niet willen overkomen als iemand die geen goede beslissingen neemt.

Bij het onderzoek werden twee groepen online bevraagd. In de ene groep zaten 2.011 proefpersonen van gemiddeld 36 jaar, in de andere 2.499 van gemiddeld 61 jaar. Ze kregen zeven scenario’s voorgeschoteld waarbij patiënten geneigd kunnen zijn te liegen over hun gedrag. De deelnemers moesten aangeven of ze ooit hadden gelogen en uitleggen waarom ze dat hadden gedaan. Uit de resultaten bleek dat vooral vrouwen, jongeren en patiënten die zichzelf niet zo gezond voelden de grootste neiging vertoonden om de waarheid te verdraaien. 

Ook bij ons zijn patiënten vaak niet helemaal eerlijk tegen hun artsen. Hendrik Cammu, gynaecoloog aan de Vrije Universiteit Brussel, vindt ‘liegen’ wel een te zware term. ‘Ik zou eerder zeggen dat patiënten de waarheid al eens verbloemen, meestal omdat ze niet trots zijn op hun gedrag. In mijn praktijk zijn patiënten het vaakst oneerlijk over tabak en alcohol. Ze geven wel redelijk gemakkelijk aan dat ze roken of drinken, maar ze zijn meestal niet helemaal rechtuit over de hoeveelheid. Ik ga er vaak van uit dat ik het door de patiënt aangegeven getal mag verdubbelen. Ook wanneer ik van mijn patiënten verwacht dat ze hun levensstijl veranderen en ik hen bijvoorbeeld vraag om gezonder te eten en meer te bewegen, durven ze hun inspanningen al eens te overdrijven. Hetzelfde geldt voor therapietrouw: vraag ik of ze de voorgeschreven medicatie correct hebben genomen, dan durven ze al eens ‘ja’ te antwoorden, waar 'niet regelmatig' een correcter antwoord zou zijn.’

Het grootste probleem van oneerlijkheid van patiënten is dat artsen niet over alle feiten beschikken en daardoor geen accurate medische adviezen kunnen geven. Informatie achterhouden over wat je eet of over hoe trouw je je  medicatie inneemt, kan significante gevolgen hebben voor je gezondheid, zeker als je een chronische ziekte hebt.

Cammu ziet wel een oplossing voor het probleem. ‘Het beste dat je als arts kan doen is vertrouwen opbouwen. Zo hoeft de patiënt zich niet meer te schamen voor wat dan ook.’