Y-chromosoom beschermt tegen kanker

21 oktober 2014 door Eos-redactie

Mannen die het Y-chromosoom uit hun bloedcellen verliezen, lijden vaker aan kanker en sterven vroeger dan gemiddeld.

Mannen die het Y-chromosoom uit hun bloedcellen verliezen, lijden vaker aan kanker en sterven vroeger dan gemiddeld.

 

Dat oudere mannen bij het repliceren van hun bloedcellen daarbij soms het Y-chromosoom verliezen, is al vijftig jaar bekend. Maar tot nu toe was onduidelijk wat de oorzaak daarvan was en wat de gevolgen zijn.

 

Zweedse onderzoekers bestudeerden de bloedstalen van 1.153 mannen van 70 tot 84 jaar oud, die 40 jaar lang klinisch waren opgevolgd. Ze ontdekten dat mannen bij wie het Y-chromosoom in een groot aantal van hun bloedcellen was verdwenen, gemiddeld 5,5 jaar korter leefden dan mannen bij wie dat niet het geval was. Ook ontdekten ze dat diezelfde mannen een hoger risico liepen te sterven aan kanker in de loop van de studie.

 

Uit deze bevindingen blijkt dat het Y-chromosoom niet alleen genen bevat die betrokken zijn bij de bepaling van het geslacht en bij de productie van sperma, maar ook genen die een rol spelen bij de preventie van tumoren. En dat bijgevolg mannen bij wie het Y-chromosoom in veel van hun bloedcellen verloren gaat, een groter risico lopen dat tumoren ongecontroleerd groeien.

 

De resultaten kunnen leiden tot een snellere detectie van kanker bij mannen, aangezien artsen het verlies van het Y-chromosoom vlug kunnen opsporen in het bloed. Zolang het verlies van het Y-chromosoom beperkt blijft, is het risico op kanker dat ook. Maar hoe meer van het Y-chromosoom verloren gaat, hoe groter de kans op kanker. Gelukkig duurt dat jaren, dus zodra het verlies wordt opgemerkt, kan het risico op kanker op andere manieren worden ingeperkt.

De onderzoeksresultaten werden voorgesteld op de jaarlijkse bijeenkomst van de American Society of Human Genetics. (ev)