Jonge bossen vangen meer CO2 dan verwacht

20 februari 2019 door SST

De longen van onze planeet situeren we meestal in de tropische bossen rond de evenaar. Toch ligt meer dan de helft van ‘s werelds koolstofopslagcapaciteit in gebieden die nog maar recent zijn herbebost.

Het is een argument dat je tegenwoordig vaak hoort van de kant van zogenaamde klimaatsceptici: de verhoogde concentratie aan koolstofdioxide in de atmosfeer zou ook een positief effect hebben, want ze helpt de aarde vergroenen. Van CO2 is immers bekend dat het behalve een broeikasgas ook een meststof is: daarom ook dat het gas in de glasbouw wordt gebruikt om gewassen sneller te doen groeien.

Dat het almaar stijgende CO2-peil de belangrijkste driver was van de vergroening van de aarde, is echter een fabeltje. De toename van bosoppervlak – in de gematigde klimaatgebieden, niet in de tropen – is hoofdzakelijk een gevolg van intensievere landbouw en verstedelijking in Europa, Noord-Amerika en Azië. Daardoor kon de natuur opnieuw beslag leggen op de vrijgekomen ruimte, vaak met de hulp van de mens in de vorm van herbebossingsprojecten.

Het aandeel van de eeuwenoude tropische regenwouden in de globale koolstofopslagcapaciteit is kleiner dan gedacht

Die relatief jonge bossen slurpen bovendien veel meer CO2 op (om het vervolgens vast te leggen in de bodem) dan gedacht, zo hebben Britse onderzoekers ontdekt. Ze konden aantonen dat bossen vooral tijdens hun eerste decennia veel koolstof uit de lucht halen. Het veronderstelde hoofdaandeel van de eeuwenoude tropische regenwouden in de globale koolstofopslagcapaciteit behoeft dus nuance. Sterker, volgens de wetenschappers zijn bossen jonger dan 140 jaar verantwoordelijk voor meer dan de helft van de koolstofabsorptie.

Het onderzoek toont het heilzame effect aan van (al dan niet menselijke) herbebossing, maar waarschuwt ook voor de terugval in koolstofopslagcapaciteit als de jonge bossen oud worden. Een continu en doorgedreven herbebossingsbeleid blijft dus aangewezen.