Geologisch wonder op de curlingbaan

11 februari 2014 door Eos-redactie

Alle Olympische curlingstenen zijn gemaakt uit graniet afkomstig van één petieterig Schots eilandje.

Geen Winterspelen zonder curling. Heel opmerkelijk is dat alle curlingstenen zijn gemaakt uit graniet afkomstig van een petieterig Schots eilandje.

Geen enkele curlingsteen glijdt zoals een steen afkomstig van het Ailsa Craig, een eiland van nog geen vierkante kilometer groot, zestien kilometer voor de kust van Schotland. Het eiland is de bron voor twee variëteiten graniet: Blue Hone, dat de laag vormt die over het ijs glijdt, en groen graniet voor de middelste laag van de curlingsteen. De onderste laag absorbeert geen water, maar nog belangrijker: de beweging van de steen op het ijs is zeer voorspelbaar. De middelste laag maakt de stenen sterk, waardoor ze ondanks de vele botsingen nooit breken.

De geschiedenis van de curlingstenen begon zestig miljoen jaar geleden. ‘Ailsa Craig ontstond toen dieper zittend magma zich door vast gesteente een weg naar boven baande’, legt geoloog John Faithfull uit. ‘Het magma koelde daarna af om graniet te vormen. Het gesteente dat mee omhoog werd geduwd verdween in de loop der jaren door erosie. Uiteindelijk bleef alleen de extreem harde kern van Ailsa Craig over.’ Het graniet leent zich uitermate goed voor curling omwille van het sterke, uniforme oppervlak. ‘Er zijn geen barstjes in te zien. Toen het magma snel afkoelde, ontstonden kleine kristallen die sterke verbindingen  ontwikkelden. Dat maakt het graniet zo dens.’