Eos Blogs

Pi-knaldrang

Op pi-dag mag 'Professor Pi' Dirk Huylebrouck eindelijk weer een lezing geven over zijn geliefde getal. Hoe bereidt hij zich voor? Denk aan speciale pi-zza's, pi-ralines en een bijzondere brief aan Marc Van Ranst.

Toen de omikron-variant verscheen, schreef ik onmiddellijk een berichtje naar mijn KU Leuven-collega Marc Van Ranst. Na omikron is de volgende letter in het Griekse alfabet immers pi, en ik was ervoor beducht dat de volgende variant de pi-variant zou heten. Dat wou ik mijn favoriete getal pi = 3,1415926… niet aandoen. ‘Of die benaming zou kunnen vermeden worden’, vroeg ik hem. Ik vond het geen onzinnige vraag want de ‘nu-variant’ was volgens de nationale viroloog al overgeslagen omdat dit in het Engels te veel op ‘new variant’ zou lijken, al vond ik het zelf ook in het Frans nogal ongepast. De ‘ksi’-variant zou dan weer diplomatiek delicaat gelegen hebben, omdat het eerste deel van de naam van de Chinese president Xi Jinping zo wordt uitgesproken. Ik kreeg nog geen antwoord van Marc, maar ik troost mij met de gedachte dat dit komt omdat er dus nog geen nieuwe variant is van het beruchte virus.

In elk geval, op 14 maart is het weer pi-dag, nieuwe variant of niet, want ‘3.14’ zou een schrijfwijze zijn van die datum. Na twee jaar pi-loos bestaan mag ik deelnemen aan een onderwijscafé op de campus Vorselaar van de Thomas More. De knaldrang na zo’n lange voordrachtstilte zit er wel in. Ik breng in elk geval mijn micro-golfoven mee, zodat ik de deelnemers een pi-zza kan aanbieden waarop 22 kerstomaten liggen op de omtrek en 7 volgens een diameter, zodat de benadering pi = 22/7 = 3,1428571… gastronomisch zal worden geïllustreerd. De vrijwilliger die als Pi-et Huyentruyt van dienst aan deze SOS-Pi zal deelnemen, gekleed in een pi-schort, zal een pi-lsje als beloning krijgen met 3,14% alcohol. Het werd ooit wetenschappelijk gebrouwd door dr. ing. Gert De Rouck van de Faculteit Ingenieurswetenschappen van de KU Leuven. Budget voor een ‘Bodegas Langa’ pi-wijn, geteeld op een wijngaard van 3,14ha (vanwaar zijn naam), is er jammer genoeg niet.

Als aperitief zal een kaasschijf worden versneden in driehoekjes, om zo kaaskundig aan te tonen dat de waarde van pi in de formule voor de omtrek van een cirkel gelijk is aan deze in de formule voor de oppervlakte van een cirkel. De eerste luidt ‘pi maal diameter’, de tweede ‘pi maal het kwadraat van de straal’ en het is best merkwaardig dat pi in beide formules 3,14… is. Als dessert voorzie ik pi-ralines, dat zijn chocolaatjes waarbij elk cijfer een andere vulling krijgt. De 3 zal met melkchocolade gegoten worden in een mal voor een bonbon van het cijfer 3, de 1 met zwarte chocolade, de 4 met witte, de 1 weer met fondant, de 5 met melkchocolade en nootjes, enzovoort. Bij het eten van de achtereenvolgende decimalen van het getal pi zal de proever zo een oneindig verrassend smaakpallet krijgen, want de decimalen van pi schijnen even willekeurig als de uitslag van een loterij.

Omdat dergelijke keukenactiviteiten dikwijls wat tijd vergen, wordt ook randanimatie voorzien: op grote A4 posters zullen vrijwilligers decimalen van pi live inkleuren, in navolging van het pi-pad dat ik liet aanleggen in het Oostendse Bourgainpark: eerst drie hokjes inkleuren met een kleur naar keuze, dan 1, dan 4, enzovoort (zie mijn ‘Kleurboek Wiskunde’, Uitg. Lannoo, 2021). Tenslotte zal de avond in het onderwijscafé afgesloten worden door enkele grou-pi-s die zich in ware Regi Pi-nxtenstijl aan een pi-dansje zullen wagen, waarbij elke opeenvolgende noot een overeenkomstige decimaal van pi volgt. Hierbij slaken de dansers natuurlijk luid de kreet ‘joe-pi’.

 

Openingsbeeld: Robert Couse-Baker


Gerelateerde artikels

400 jaar sinds de eerste mechanische rekenmachine

400 jaar sinds de eerste mechanische rekenmachine

We zijn in het begin van de zeventiende eeuw, een tijd van grote astronomen, zoals Tycho Brahe, en Johannes Kepler. Het beroep van astronoom was toen moeilijker uit te oefenen dan nu. Natuurlijk geen computers, maar dat was niet het enige probleem. Er was toen ook nog geen deftige voorstelling van getallen voorhanden, de berekeningen gebeurden allemaal met breuken, en ja, met de hand dus. Ook de logaritme, het hulpmiddel bij uitstek bij zware berekeningen, was nog niet uitgevonden. Dat gebeurde pas in 1617 door John Napier. En ongeveer toen, ook dankzij onze Simon Stevin, geraakte alles in een stroomversnelling. In 1623 al was er de eerste mechanische rekenmachine, speciaal ontworpen voor Kepler door Wilhelm Schickard, een collega-astronoom. Het was het eerste rekentoestel met geautomatiseerde `overdrachten'.