Hoor, ik spreek

Dankzij een hoorimplantaat spreken dove kinderen op 5 jaar al even correct als andere kinderen. 

Wat doe je als je doof geboren wordt? Vroeger leerde je gebarentaal. Maar, sinds enkele decennia maken hoorimplantaten het mogelijk om niet enkel te horen, maar om ook gesproken taal te leren. En de resultaten zijn verbluffend. 

Kinderen die een zogenaamd cochleair implantaat krijgen, leren spreken. En er is meer. Kinderen die vroeg een cochleair implantaat krijgen, kunnen hun taalachterstand op vijfjarige leeftijd zelfs inhalen.

Bal, pop, en zelfs brandweerwagen

In mijn onderzoek bekeek ik het effect van een cochleair hoorimplantaat op de taalontwikkeling. En wat blijkt? Kinderen met zo een implantaat zijn in staat om te leren spreken.

Dat is bijzonder opmerkelijk, want deze kinderen zijn pas gemiddeld één tot twee jaar later beginnen horen. Kinderen die vroeg een cochleair implantaat krijgen, halen hun taalachterstand op vijfjarige leeftijd zelfs in.

Een cochleair hoorimplantaat doet kinderen horen en zelfs spreken.

Ik vergeleek de doofgeboren kinderen met implantaat met leeftijdsgenootjes zonder gehoorproblemen. De kinderen werden gevolgd tussen zes maanden en zeven jaar. We zijn naar de kinderen thuis geweest en filmden hun dagdagelijkse, spontane gesprekken met hun ouders en broers of zussen.

De kinderen met implantaat hebben eerst, logischerwijs, meer moeite om woorden en klanken correct uit te spreken. Ze worstelen vooral met moeilijkere en langere woorden. Zo maken ze meer fouten tegen woorden zoals poppenkast of brandweerwagen dan tegen woorden zoals bal, auto of pop.

Maar gaandeweg verbetert hun uitspraak. De taalontwikkeling van doofgeboren kinderen met een cochleair implantaat leunt steeds dichter aan bij die van hun horende leeftijdsgenoten. Op vijfjarige leeftijd hebben zij zelfs hun taalachterstand ingehaald, als ze hun implantaat vóór hun tweede verjaardag kregen. Dan spreken ze woorden even correct uit als hun horende vriendjes.

Een ruissignaal

Kind&Gezin test in Vlaanderen het gehoor van alle kinderen enkele weken na hun geboorte. Voor een op duizend kinderen is de diagnose een zeer ernstig gehoorverlies, waardoor ze zelfs geen vliegtuig horen overvliegen. Een gewoon hoortoestel kan in dat geval geen hulp bieden. Maar een cochleair hoorimplantaat kan dat wel.

Hoe klinkt een stem door een hoorimplantaat?

Via deze link hoor je hoe een volwassen mannenstem klinkt door een implantaat. Kinderen met een cochleair implantaat horen veel ruis.

Een cochleair implantaat neemt de functie van het slakkenhuis in je oor over. Maar, dat wil niet zeggen dat kinderen met zo een implantaat horen zoals u en ik. De geluidskwaliteit is veel minder dan in normaal gehoor. Het geluid is bijvoorbeeld erg robotachtig en bevat veel ruis. Ondanks dit robotachtige ruissignaal, tonen mijn resultaten dus aan dat kinderen hun taalachterstand inhalen als ze maar vroeg genoeg geïmplanteerd worden.

Logopedie

De resultaten van dit onderzoek zijn in de eerste plaats een belangrijke bron van informatie voor ouders van doofgeboren kinderen. Het kan hun beslissing om wel of niet te implanteren beïnvloeden. Zo een implantatie is een zware operatie. Je gaat als ouder dan ook niet over één nacht ijs. Bovendien kunnen de conclusies van dit onderzoek ervoor zorgen dat ouders, familie, leerkrachten, … realistische verwachtingen hebben na implantatie.

De resultaten van mijn onderzoek kunnen ook de logopedische begeleiding van deze kinderen verbeteren. De kinderen met een implantaat krijgen al twee tot drie keer per week taaltherapie. Een aantal aspecten hebben extra aandacht nodig. Vaak hadden de deelnemers moeilijkheden met klanken zoals de f, s of v, Een extra focus op deze klanken kan hen daarbij stimuleren. Ook moeilijkere en langere woorden genieten de voorkeur in logopedie, omdat deze kinderen net daarmee de grootste problemen ondervinden.

Leren lezen en schrijven

De resultaten van dit onderzoek zijn veelbelovend. Dat kinderen woorden en klanken correct uitspreken, wijst erop dat ze zich steeds meer bewust zijn van hoe taal in elkaar zit. En dat bewustzijn is van groot belang is om te leren lezen en schrijven. 

Op vijfjarige leeftijd lijken doofgeboren kinderen met een cochleair implantaat hier even goed in te zijn als hun horende leeftijdsgenootjes. En laat dat nu nét het moment zijn waarop kinderen de overgang maken naar het basisonderwijs, en dus het moment waarop ze leren lezen en schrijven.

De inhaalbeweging van de kinderen vertaalt zich ook in hun dagdagelijkse sociale omgang. Weinig mensen kennen gebarentaal. Hoe correcter kinderen hun woorden uitspreken, hoe makkelijker de communicatie met vriendjes, familie, leerkrachten wordt. In de klas zal de leerkracht hen verstaan, vriendjes op school zullen hen beter begrijpen. En daar draait het toch allemaal om.

Voor haar onderzoek naar hoorimplantaten bij kinderen is Jolien Faes (UAntwerpen, FWO) genomineerd voor de Vlaamse PhD Cup 2018. Stemmen kan HIER.