‘Vrienden zijn niet elkaars therapeut’

Vriendschap is goed voor je gezondheid. Tijd besteden met je vrienden werkt stressverlagend. Maar wanneer de een altijd praat en de ander enkel nog luistert, kan het toxisch worden en is er een risico op wederzijdse afhankelijkheid, zegt vriendschapsexpert Beate Völker.

Iemand in je leven hebben die goed kan luisteren verbetert de gezondheid van je hersenen, blijkt uit een Amerikaanse studie. Ander onderzoek concludeerde dat jongeren hun vrienden ongeveer 3,5 uur per week steunen. Twee derde van de deelnemers aan die studie zei dat vrienden een belangrijke vorm van steun zijn. 95 procent gaf aan weleens een vriend geholpen te hebben met een probleem.

Soms is het evenwicht echter ongelijk verdeeld en luistert de ene persoon altijd, terwijl de ander enkel en alleen nog maar praat. Op sociale media wordt zo’n vriend een therapist friend genoemd, omdat die dus alleen maar luistert en advies geeft, maar verder niet veel over zichzelf loslaat.

‘Vriendschap is een tweezijdig proces van geven en nemen. In een gezonde vriendschap zie je de ander en voel je jezelf ook gezien. Dat staat dus haaks op het concept van een therapist friend. Wanneer een vriendschap te eenzijdig is, kan het snel toxisch worden. Er ontstaat dan een risico op wederzijdse afhankelijkheid en je kunt vastlopen in een patroon’, zegt Beate Völker, hoogleraar Stadssociologie aan de Universiteit Utrecht en directeur van het Nederlands studiecentrum voor Criminaliteit en Rechtshandhaving. Ze doet ook al jarenlang onderzoek naar vriendschap.

Grenzen stellen

‘Het is normaal om je vriend eens alle ruimte te geven om te praten over bijvoorbeeld een moeilijke levensverandering of een liefdesbreuk. Vriendschap kan therapeutisch werken, maar vrienden zijn niet elkaars therapeut’, aldus Völker. ‘Voor de een is het erg fijn, want die heeft iemand die luistert zonder oordeel. Maar het is niet de bedoeling dat die ander zich dan telkens volledig leeggezogen voelt. Op een gegeven moment kan het teveel worden en vraag je je misschien af wanneer jij eindelijk ook eens iets mag zeggen. Als je merkt dat het de laatste keren zo goed als nooit over jou is gegaan, moet er wat veranderen.’ 

Hoe zorg je er dan voor dat het verandert? ‘Grenzen stellen is belangrijk, net als open communiceren’, legt Völker uit. ‘Soms heeft de ander helemaal niet door dat het voor jou zo aanvoelt en zou hij zeker bereid zijn ook naar jou te luisteren. Iets wat ook kan helpen, is een andere activiteit gaan doen. Dat vastlopen in een patroon is vaak ook gekoppeld aan een bepaalde ruimte. Als je altijd op café afspreekt, verval je snel in oude gewoontes. Ga eens wandelen, verander de setting, en als het dan nog steeds stroef verloopt, kun je diegene het best confronteren.’

Wanneer gaat het echt te ver en zou er best professionele hulp ingeschakeld worden? ‘Als je merkt dat een bepaalde situatie steeds weer naar boven komt of je vriend zware mentale problemen of een verslaving heeft, kan je suggereren dat het tijd wordt om hulp te zoeken bij een dokter of psycholoog. Dat is vervelend om te zeggen én om te horen, maar eerlijkheid is erg belangrijk in een vriendschap. Het mooie aan vriendschap is juist dat iemand je alsnog waardeert, graag ziet, en het beste voor je wilt, ook als je het moeilijk hebt. En het is normaal dat je vrienden uit de nood wilt helpen, maar het is belangrijk te onthouden dat je niet hun arts of psycholoog bent.’