Waarom hoor je soms die klok in je kamer tikken, en soms niet?

Inkomende prikkels worden nooit op dezelfde manier verwerkt. Wetenschappers weten nu hoe dat komt.

Soms hoor je de klok in je kamer tikken, en soms niet. En dat terwijl het getik en het omgevingsgeluid niet veranderd is. Hetzelfde kan gebeuren met andere geluiden, zoals de regen of ritselende bladeren. Maar ook met visuele prikkels of aanrakingen komt dit fenomeen voor. Verschillende studies hebben dan ook aangetoond dat we binnenkomende prikkels nooit op dezelfde manier verwerken, zelfs wanneer deze prikkels exact hetzelfde blijven. Wetenschappers aan het Max Planck Instituut in Leipzig (Duitsland) hebben nu verder onderzocht hoe dat komt.

De onderzoekers toonden aan dat de activiteit van het breinnetwerk waar een hersendeel deel van uit maakt, mee bepaalt hoe sterk dat hersendeel reageert op de prikkel. En de activiteit van zo’n breinnetwerk fluctueert. ‘Er is altijd een bepaalde activiteit aanwezig in de hersencellen van een netwerk, zelfs als er geen duidelijke prikkels op ons afkomen. Dus het systeem is nooit volledig stil of inactief’, zegt Tilman Stephani, hoofdonderzoeker van de studie. 

Als je de klok in je kamer hoort tikken, is de kans groot dat je dat voor een tijdje zal blijven horen

Er komt namelijk altijd informatie binnen vanuit het lichaam zelf, over bijvoorbeeld onze hartslag, vertering, en positie in de ruimte. Hersencellen kunnen zelfs actief zijn wanneer ze helemaal geen input krijgen. Daarnaast zijn de fluctuaties van het breinnetwerk niet volledig willekeurig, maar volgen ze een bepaald patroon. De gevoeligheid op het ene moment is afhankelijk van de gevoeligheid voordien, en is mee bepalend voor verdere veranderingen op dat vlak. Als je bijvoorbeeld de klok in je kamer hoort tikken, is de kans groot dat je dat voor een tijdje zal blijven horen.

De onderzoekers kwamen tot deze bevindingen door een groep proefpersonen duizenden kleine elektrische prikkels te geven en daarbij de hersenactiviteit te meten met gebruik van EEG. Op basis van deze gegevens konden ze bestuderen hoe elke individuele prikkel in het brein verwerkt werd. De studie werd gepubliceerd in het tijdschrift Journal of Neuroscience.