Spanjaarden brachten de cavia naar Europa

13 februari 2012 door Eos-redactie

Het exotische huisdiertje was aanvankelijk voorbehouden voor de rijken, maar maakte snel zijn intrede bij verschillende sociale klassen.

Spaanse ontdekkingsreizigers brachten de cavia in de zestiende eeuw uit Zuid-Amerika naar Europa. Het exotische huisdiertje was aanvankelijk voorbehouden voor de rijken, maar maakte snel zijn intrede bij verschillende sociale klassen.

Archeozoöloge Fabienne Pigière van het Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen bestudeerde skeletresten van een cavia die gevonden werden in de vulling van een 16de eeuwse kelder in Bergen. Het gaat om een middenklassenwoning, wat doet vermoeden dat de cavia niet enkel door de aristocratie werd gehouden.

Het is de eerste Europese archeozoölogische vondst waarvan de leeftijd met zekerheid kon worden vastgelegd, op basis van zowel de archeologische context als de koolstofdatering van de beenderen. De bestudeerde skeletresten werden intact teruggevonden, zonder sporen van bewerking door messen of andere gebruiksvoorwerpen. Dat doet vermoeden dat de cavia in dit geval niet op het menu stond, maar gehouden werd als ‘exotisch’ huisdier.

Spaanse ontdekkingsreizigers brachten niet de wilde variant, wel de bontgekleurde gedomesticeerde cavia’s naar Europa. Cavia’s komen in het wild voor in verschillende delen van Zuid-Amerika, maar werden al vroeg door de indianen gedomesticeerd en gebruikt als belangrijke voedselbron. De cavia diende ook als offer in religieuze ceremonies. De cavia duikt in dezelfde periode ook voor het eerst op in schilderijen, zoals ‘De dieren gaan aan boord van de Ark van Noach’ en ‘Het aardse paradijs met de zondeval van Adam en Eva’, beiden van de hand van Jan Brueghel de Oude.

De resultaten van het onderzoek werden gepubliceerd in het tijdschrift ‘Journal of Archaeological Science’.