Vroegmiddeleeuwse Engelse koningen aten minder vlees dan gedacht

24 mei 2022 door SST

In het vroegmiddeleeuwse Engeland aten koningen niet meer vlees dan hun onderdanen.

Een 'boodschappenlijstje' van tijdens het bewind van koning Ine van Wessex (ca. 688-726). Credit: Rochester Cathedral.

Het algemene beeld van de middeleeuwse samenleving is er een van grote ongelijkheid. Ook op het bord: terwijl de gewone mensen vooral pap, brood en soep aten met slechts af en toe een stukje vlees, vis of kaas, was er daaraan bij de elite absoluut geen gebrek.

Maar dat klopt niet. Of toch niet voor vroegmiddeleeuws Engeland, vóór de komst van de Vikingen aan het einde van het eerste millennium. Het was de tijd van Angelsaksische koninkrijkjes als Wessex, East Anglia en Northumberland. In de resten van skeletten uit die tijd vond een Britse archeoloog geen aanwijzing dat een hogere sociale status was gelinkt aan een eiwitrijker dieet.

De archeoloog had nochtans goed gezocht: in meer dan tweeduizend skeletten van mensen die geleefd hadden tussen de vijfde en de elfde eeuw had hij de chemische signatuur bepaald. Die signatuur kan onthullen hoe veel en frequent een mens bijvoorbeeld dierlijke eiwitten at.

Waarom komen in historische teksten dan zo vaak lijsten voor van voedingsproducten waar er alleen sprake is van vlees en in mindere mate vis? Volgens een andere Britse historicus kunnen dat niet de boodschappenlijstjes van de elite zijn geweest. De hoeveelheden waren gewoonweg veel te groot voor dagelijkse consumptie. Volgens hem gaan de lijsten over braspartijen waaraan honderden mensen deelnamen, niet enkel de elite maar ook het gewone volk. Op die feesten werd voornamelijk vlees gegeten.

Beide onderzoekers concluderen dat de Engelse samenleving in de vroege middeleeuwen meer egalitair was dan tot nu toe werd gedacht.