Efficiënt slingeren

12 september 2012 door Eos-redactie

Apen zijn meesters in energiebesparing, toont een studie aan de Universiteit Antwerpen aan.

Apen zijn meesters in energiebesparing, toont een studie aan de Universiteit Antwerpen aan.

Siamangs verplaatsen zich hoofdzakelijk al slingerend door het Aziatische regenwoud. Dat ze dat erg energiezuinig doen als ze in een rechte lijn kunnen bewegen, was al bekend. Alleen kan dat in de natuur zelden, omdat takken zich op verschillende afstanden en hoogtes bevinden, en meebuigen en terugveren als er een aap aan hangt. Wetenschappers van de Universiteit Antwerpen bootsten in de Antwerpse Zoo zo’n natuurlijke setting na en bestudeerden met camera’s en krachtmeters de slingerbewegingen van de Siamangs.

‘De apen besparen energie doordat ze energie uit snelheid (kinetische energie) en energie uit hoogte (potentiële energie) vrijwel zonder verlies in elkaar omzetten’, zegt biologe Fana Michilsens. De dieren bewegen het snelst op hun laagste punt (hoge kinetische energie) en het traagst op hun hoogste punt (hoge potentiële energie). ’Je kan het vergelijken met de regelmatige beweging van de slinger van een wandklok, die amper energie verbruikt.’ Daarnaast gebruiken de apen hun krachtige armspieren om hun lichaamspositie zo aan te passen dat de overgang van de ene naar de andere greep vloeiend verloopt, aangezien schokken tot energieverlies leiden.

‘Dat de dieren erin slagen om in een complexe omgeving hun energie zo efficiënt te gebruiken, is bijzonder’, zegt Michilsens. Toch primeert de veiligheid. ‘De eerste prioriteit is de volgende greep halen, want naarmate de omgeving complexer wordt en de snelheid stijgt, daalt de efficiëntie.’ Soms gaat het mis. ‘Uit autopsieën van in de natuur aangetroffen siamangs, blijkt dat 40 procent van de dieren ooit botbreuken opliep.’ (ddc)