Alzheimergen doet jongeren verdwalen

22 oktober 2015 door Eos-redactie

Jongeren met een genetisch risico op alzheimer raken sneller gedesoriënteerd. Desoriëntatie is daarom een mogelijke voorspeller van de ziekte.

Jongeren met een genetische risico op alzheimer raken sneller gedesoriënteerd. Desoriëntatie is daarom een mogelijke voorspeller van de ziekte.

Alzheimer is een sluipende ziekte, die wanneer ze zich uiteindelijk onmiskenbaar manifesteert nog slechts moeilijk te behandelen valt. Dus zoeken wetenschappers naar signalen die voorspellen dat een brein mogelijk alzheimer ontwikkelt, met de hoop daardoor vroeger te kunnen ingrijpen.

De zone van de hersenschors die vaak als eerste wordt aangetast, de entorinale cortex, huisvest de zogenaamde rastercellen, die ons in staat stellen onze positie in de ruimte in te schatten en te onthouden. (De ontdekkers van die cellen kregen daarvoor vorig jaar de Nobelprijs Geneeskunde.)

Desoriëntatie is dan ook een van de kenmerkende symptomen van alzheimer. En ook jongeren met een afwijkende versie van het APOE-gen, dat op latere leeftijd geassocieerd is met een verhoogde kans op alzheimer, raken al sneller gedesoriënteerd, zo blijkt uit een studie in het vakblad Science.

Tientallen jaren voor de ziekte doorgaans opduikt hebben jonge dragers van het gen al meer moeite om in een virtueel doolhof hun weg te vinden, ontdekten Lukas Kunz en Nikolai Axmacher van het Duitse Centrum voor Neurogeneratieve Aandoeningen (DZNE) in Bonn.

Uit gelijktijdige metingen van de hersenactiviteit bleek dat de rastercellen bij deze jongeren minder actief waren, terwijl hun hippocampus, die voor het geheugen instaat, veel harder werkte dan gewoonlijk, mogelijk in een poging om de verzwakte activiteit van de rastercellen te compenseren.

De wetenschappers willen nu verder onderzoeken of deze test ook bij mensen zonder afwijkend APOE-gen alzheimer voorspelt, zodat ook bij hen vroeger een behandeling kan worden opgestart. (tv)