‘Dorstneuronen’ ontdekt

03 augustus 2016 door Eos-redactie

Als we dorst hebben wil ons lichaam ons eigenlijk aansporen om het volume en de concentratie van ons bloed weer op peil brengen.

Als we dorst hebben wil ons lichaam ons eigenlijk aansporen om het volume en de concentratie van ons bloed weer op peil brengen. Maar in onze hersenen zit een gebiedje dat de rest van ons lichaam te snel af is.

Dorst wordt door de medische wetenschap gezien als een indicator van het lichaam dat het extra water nodig heeft om het bloedvolume en de bloedconcentratie te stabiliseren – door eerst het watergehalte weer op peil te brengen. Toch krijgen we meestal sneller dorst dan de signalisatie vanuit de bloedsomloop ons kan vertellen. Ergens moet er dus een soort regulator in ons lichaam zitten die korter op de bal speelt dan ons lichaam en als het ware kan voorspellen wanneer we extra vocht zullen nodig hebben.

Amerikaanse wetenschappers denken die regulator nu te hebben gevonden. In de hersenen van hun laboratoriummuizen troffen ze een aantal neuronen aan die blijken te anticiperen op dorstgevoelens. De hersencellen in kwestie ontvangen informatie rechtstreeks vanuit de mond over de aard van geconsumeerd eten en drinken, de temperatuur ervan én de manier van consumeren. Zo zouden ze ervoor zorgen dat we dorst krijgen als we snel eten. Bovendien verschaffen ze ons dat heerlijke dorstlessende gevoel dat we zo sterk met ijskoude dranken associëren.

De neuronen combineren die informatie met de signalen vanuit de bloedsomloop om ons drinkgedrag tijdig aan te passen. (sst)

Bron: Zachary Knight, University of California, San Francisco, VS in Nature