Snuifje oxytocine vermindert agressie

14 oktober 2014 door Eos-redactie

Agressieve ratten die het hormoon oxytocine kregen toegediend, stopten met vechten en gingen zich sociaal gedragen.

Agressieve ratten die het hormoon oxytocine kregen toegediend, stopten met vechten en gingen zich sociaal gedragen.

Oxytocine staat al lang bekend als het 'knuffelhormoon’ omdat het de hechting tussen ouder en kind, of die tussen liefdespartners, versterkt. Kan het dan ook agressieve vechtersbazen veranderen in poeslieve jongetjes? Misschien, concludeert gedragsfysioloog Federica Calcagnoli (Rijksuniversiteit Groningen). Want het lijkt alvast te werken bij ratten.

Calcagnoli confronteerde mannelijke ratten in hun kooi met een onbekende rat – een indringer op hun territorium, dus. Dat wekt agressief gedag op: de rat zal de indringer bedreigen en ermee vechten. Maar dat gebeurde niet toen Calcagnoli via een onderhuids pompje oxytocine toediende in het brein. Sterker nog: de rat ging sociaal gedrag vertonen tegenover de nieuwkomer. Dat gedrag hield een week lang aan. De toediening van oxytocine via de neus bleek hetzelfde effect te hebben.

Als dit ook geldt voor mensen, kan het onderzoek van Calcagnoli een aanzet zijn voor de ontwikkeling van anti-agressiemedicatie. (lg)