Exoplaneet Kepler-7b: bewolking in het westen

01 oktober 2013 door Govert Schilling

Voor het eerst is de wolkenverdeling van een planeet bij een andere ster 'in kaart' gebracht.

Het westelijk halfrond van exoplaneet Kepler-7b gaat schuil onder een dik wolkendek. Aan de oostzijde is de gasvormige reuzenplaneet relatief onbewolkt, en veel variatie zit er niet in dat patroon. Dat blijkt uit onderzoek van de planeet door de infrarode ruimtetelescoop Spitzer.

Kepler-7b werd enkele jaren geleden al ontdekt door de Amerikaanse ruimtetelescoop Kepler, die de minieme periodieke lichtdipjes registreert die ontstaan wanneer een exoplaneet - gezien vanaf de aarde - voor zijn moederster langs beweegt. Kepler-7b is een slag groter dan Jupiter, en draait op een afstand van slechts 9 miljoen kilometer rond zijn moederster.

Uit Kepler-metingen blijkt dat het westelijk halfrond van de planeet relatief helder is. Er was echter niet duidelijk of het hier ging om gereflecteerd sterlicht, of om het gloeien van de planeet zelf. De Spitzer-metingen wijzen nu echter uit dat Kepler-7b vrij koel is, met een 'oppervlakte'-temperatuur van nog geen 1000 graden Celsius. Dat betekent dat het heldere westelijke halfrond alleen te verklaren is door aan te nemen dat het schuilgaat onder een dikke wolkenlaag die het sterlicht weerkaatst.

Het is voor het eerst dat de wolkenverdeling van een planeet bij een andere ster 'in kaart' is gebracht. De resultaten worden binnenkort gepubliceerd in The Astrophysical Journal Letters. (gs)