Geboorte en dood staan centraal in deze twee indrukwekkende foto’s, die gemaakt zijn ter gelegenheid van de 25ste verjaardag van het internationale Gemini-observatorium.
De linkse foto toont een kosmische kraamkamer waarin nieuwe sterren ontstaan; op de foto rechts is de laatste adem van een stervende ster te zien.
Het Gemini-observatorium werd een kwarteeuw geleden in gebruik genomen. Zoals de naam al aangeeft, bestaat het uit twee (vrijwel identieke) telescopen, elk met een spiegeldiameter van 8,2 meter. Gemini North staat op de 4.200 meter hoge vulkaantop Mauna Kea op Hawaï; Gemini South bevindt zich op het zuidelijk halfrond, op Cerro Pachón (2.700 meter) in Chili. Samen doen ze vrijwel onafgebroken gedetailleerd onderzoek aan sterren in ons eigen Melkwegstelsel en verre sterrenstelsels aan de rand van het waarneembare heelal.
De objecten voor de twee verjaardagsfoto’s zijn uitgekozen door middelbare scholieren in Hawaï en Chili. Op de eerste opname van stervormingsgebied NGC 6820 steken langgerekte ‘pilaren’ van microscopisch kleine stofdeeltjes donker af tegen de roze-rode gloed van heet waterstofgas. Het gas wordt verhit door de straling van pasgeboren sterren, die zichtbaar zijn als fonkelende blauwe lichtstipjes. Die jonge, hete sterren blazen hun omgeving schoon, waarbij koele stofdeeltjes verdampen. Maar op plaatsen waar de dichtheid van het stof hoger is dan gemiddeld, verloopt die stralingsverdamping veel trager, en blijven er donkere ‘slurven’ achter.
De tweede foto toont de Vlindernevel (NGC 6302), die in de loop van de afgelopen paar duizend jaar is uitgestoten door een stervende ster, exact in het centrum van de nevel. Ook onze eigen zon zal in de verre toekomst zo’n zogeheten planetaire nevel produceren.
De ‘geboortefoto’ heeft van de Hawaïaanse studenten ook een mooie Hawaïaanse naam gekregen: Ua ‘Ōhi’a Lani (‘de hemelse ‘Ōhi’a-regens’), naar een oude lokale legende over verwoesting en wedergeboorte. Toepasselijk, want de stofpilaren op de foto zullen in de toekomst toch ook ‘verwoest’ worden door de straling van de sterren, en verdichtingen en schokgolven in het omringende gas geven weer aanleiding tot de geboorte van nieuwe sterren.