Kosmische vergrijzing

07 november 2012 door Eos-redactie

Bij een grootschalig onderzoek hebben de astronomen vastgesteld dat de productie van nieuwe sterren de laatste elf miljard jaar dramatisch is gedaald. En die daling zet door.

De snelheid waarmee nieuwe sterren in het heelal gevormd worden is de voorbije elf miljard jaar met een factor dertig gedaald. De vergrijzing zal zich in de toekomst doorzetten.

De eerste sterren werden ongeveer 13,4 miljard jaar geleden gevormd, zo’n driehonderd miljoen jaar na de oerknal. Veel van die eerste sterren waren vermoedelijk giganten, honderden malen groter dan onze zon. De kolossen waren binnen een miljoen jaar door hun brandstof heen en explodeerden als supernova’s. Hun kleinere broertjes en zussen zijn spaarzamer en houden het miljarden jaren vol. Veel van het stof en gas dat bij sterexplosies vrijkomt, wordt herbruikt bij de vorming van nieuwe generaties sterren. Onze zon is bijvoorbeeld van een derde generatie.

Een team van Portugese, Britse, Japanse, Italiaanse en Nederlandse astronomen hebben nu ontdekt dat de productie van nieuwe sterren in de evolutie van het heelal is vertraagd, en ook in de toekomst zal blijven vertragen. De astronomen onderzochten met behulp van drie telescopen, waaronder de Europese Very Large Telescope, hoeveel nieuwe sterren de gaswolken in sterrenstelsels op uiteenlopende afstanden nog produceren.

Daaruit blijkt dat de productie met een dertigste is gedaald ten opzichte van de sterrenkundige ‘babyboom’ ongeveer elf miljard geleden. Het heelal wordt daardoor gedomineerd door oude sterren, waarvan ongeveer de helft meer dan negen miljard jaar geleden is geboren. De productie van de andere helft heeft meer dan vijf keer zoveel tijd gekost. De vaststelling dat het heelal vergrijst roept een belangrijke nieuwe vraag op: waarom? (kv)