Saharastroom uit het stopcontact

09 november 2012 door AV

Siemens trekt zich eind dit jaar terug uit Desertec, een organisatie die grote toekomstplannen heeft voor de bouw van zonnecentrales in de Sahara. Is grootschalige productie van woestijnstroom een achterhaald idee?

Siemens trekt zich eind dit jaar terug uit Desertec, een organisatie die grote toekomstplannen heeft voor de bouw van zonnecentrales in de Sahara. Is grootschalige productie van woestijnstroom een achterhaald idee?

Waar kan je beter zonnestroom opwekken dan in de Sahara? Een paar grote zonnecentrales, wat kabels naar Europa en wij kunnen onze lampen laten branden op Saharastroom. In 2009 is het internationale consortium Desertec opgericht om dat idee handen en voeten te geven. Desertec ontwikkelt plannen voor een supergrid van kabels, dat de landen in noordelijk Afrika, het Midden-Oosten en Europa met elkaar verbindt. In de woestijngebieden komen grootschalige zonneparken. Totale investering: 400 miljard dollar. Looptijd: bijna een halve eeuw. Resultaat: in 2050 is 15 procent van de Europese stroom woestijnstroom.

De zon schijnt er de hele dag en het is er lekker leeg. Maar de politieke situatie is er minder stabiel dan in Europa en de kabels aanleggen om de stroom te vervoeren is duur. Bovendien vraagt de uitvoer van Desertec om grote investeringen en veel internationaal overleg. Desertec is wel een fata morgana genoemd - een mooi en onhaalbaar visioen.

Daken vol
Daar komt bij dat de prijzen van zonnecellen rap dalen, dus leggen de Europeanen hun daken vol; bij een dalende kostprijs is het niet meer erg dat de cellen in bewolkte landen wat minder effectief zijn. In 2011 kwam er in Europa 19 gigawatt geïnstalleerd vermogen bij. Dus rijst de vraag hoe realistisch stroom importeren uit de Sahara eigenlijk is? Is woestijnstroom naar Europa halen wel reëel? Vorige week maakte Siemens, een van de drijvende krachten, bekend dat het bedrijf uit Desertec stapt. Een teken aan de wand?

‘Siemens was één van de vele deelnemers. Het vertrek heeft weinig invloed op ons, liet Desertec-directeur Paul van Son in vakblad Nature weten. Natuurlijk, dat moet de directeur zeggen. Maar Nature kopte toch ‘Sahara zonneplan verliest zijn glans’.

Wim Sinke van het Nederlandse energieonderzoekscentrum ECN (geen deelnemer van Desertec) erkent ook dat het vervelend signaal is: ‘Maar nee, het betekent zeker niet dat zonnestroom uit de woestijn een achterhaald idee is. Het besluit van Siemens is vooral een financiële beslissing voor de korte termijn. Europese bedrijven hebben het moeilijk en stoten onderdelen af die geen snelle winst opleveren.’

Ook Edwin Koot van SolarPlaza - een platform voor zonneceltechnologie – ziet dat zo: ‘Het is nu lastig om steun te vinden voor grootschalige projecten. Lokale opwekking is eenvoudiger te realiseren, dat kan organisch groeien. Er valt ook nog veel te halen, minder dan één procent van alle geschikte daken heeft nu zonnepanelen. Maar als straks de goede daken vol liggen en je wilt verder groeien, dan zijn grote projecten in de woestijn geen gek idee.’

Het verduurzamen van de energievoorziening is lastig, het is geen kwestie van óf óf, benadrukt Sinke: ‘Duitsland is met zonnepanelen de koploper in Europa, je ziet ze daar op veel daken liggen. Toch levert dat op dit moment maar 4 procent van hun elektriciteitsverbruik. Je moet daarom wel én én doen - zonnecellen op het dak en zonnecentrales in de woestijn en op andere plaatsen.’

Eerst lokaal
Beide heren wijzen naar Marokko, waar al met de bouw van een park is begonnen.
Marokko is een woestijnland met grote plannen op het gebied van duurzame energie. Het land wil naar 42 procent duurzame energie in 2020. Naast grote windparken zijn er plannen voor de bouw van vijf grote zonnecentrales, met een gezamenlijk vermogen van 2 gigawatt. Uiteindelijk wil Marokko graag zelfs exporteur van duurzame stroom voor Europa worden. ‘Zo zal het met Desertec ook gaan. Je stampt niet in één keer alles uit de grond’, legt Sinke uit. ‘Eerst bouw je zonnecentrales die stroom voor de lokale markt opwekken. Daarna bouw je uit en exporteer je uiteindelijk ook naar Europa.’

Sinke is vooral benieuwd naar de uitvoering. Oorspronkelijk bestonden de woestijnparken in de plannen van Desertec alleen uit spiegelsystemen. Daarbij bundelen spiegels het zonlicht en verhitten zo een vloeistof; de warmte wordt vervolgens omgezet in elektriciteit. Maar zonnecellen hebben een inhaalslag gemaakt. De prijs is gekelderd en de verwachtingen voor de toekomst zijn nog beter. Nu zijn er dus ook zonnecellen in de plannen meegenomen. Sinke: ‘Gaan die twee zich parallel ontwikkelen, of verdrukken de cellen de spiegelsystemen? Ik hoop het eerste. Zonnecellen zijn op termijn efficiënter, maar warmte is makkelijker op te slaan dan stroom. Dat betekent dat je met een zonnekrachtcentrale ook stroom kan leveren als de zon al onder is, dat is een grote plus.’

Sinke is er stellig van overtuigd dat de grote woestijnparken er komen. ‘Of we het dan nog Desertec noemen, wie precies het initiatief neemt, dat doet er niet toe. De systemen zijn er al en worden goedkoper en betrouwbaarder. Wij gaan die stroom opwekken in zonnige gebieden en dat hierheen halen.’ Zoveel zon laat je domweg niet lopen.


Dit artikel verscheen ook in Eos Weekblad op iPad
Elke vrijdag bieden we u een nieuwsgedreven weekblad, gelardeerd met beeld en geluid. De Eos-app kunt u gratis downloaden in de App-store van iTunes. Met die app haalt u de wekelijkse uitgaven (gratis sinds 13/07/2012) binnen.