2000 jaar oude Sudan was baken van sociale gelijkheid

08 april 2013 door Eos-redactie

Opgravingen van piramides in Sudan tonen aan dat het land een grote gelijkheid en een sterke middenklasse kende.

Opgravingen van piramides in Sudan tonen aan dat het land een grote gelijkheid en een sterke middenklasse kende.

Wie aan piramides denkt, denkt spontaan aan Egypte, maar dat land had geen monopolie op de iconische mausolea. Ook over de grens heen, in Sudan, werden de dingen gebouwd. En hoewel ze minder grandeur uitstraalden dan hun Egyptische broertjes waren de grafmonumenten er erg in de mode, zeker rond het jaar 100.

Een team van Franse archeologen, bezig met de opgraving van een necropolis die vermoedelijk meer dan duizend graftombes bevat, trekt nu een aantal opmerkelijke conclusies uit hun vondsten.

“Piramides waren zo in trek dat iedereen die het zich kon veroorloven er eentje wilde”, verduidelijkt Claude Rilly, leider van het team. “Natuurlijk kregen de Sudanese koningen hun grafmonumenten, maar ook bij de middenklasse waren ze erg in trek.” Het team vond zoveel piramides dat er soms amper plaats was om te staan tussen de constructies.

“Niet alle monumenten hier zijn even groot”, nuanceert Rilly. “Sommige waren niet hoger dan een meter, maar dan nog. Zelfs de kleinste piramide vereiste een ontwerper en diende gebouwd te worden door vaklui.” Enkel de armsten konden zich er geen veroorloven, zij moesten genoegen nemen met het zand rond de necropolis.

In de dodenstad liggen heel wat vrouwen begraven, wat opmerkelijk is voor die tijd. Veel van de vrouwen waren priesteressen voor de godin Isis. Het is niet verwonderlijk dat informatie over het Sudan uit de oudheid nu pas naar boven komt. Archeologen begonnen pas honderd jaar geleden voor het eerst naar geheimen te graven, veel later dan in Egypte of Griekenland. “Hier valt nog steeds enorm veel te onderzoeken”, aldus Rilly. “Dat werkt erg stimulerend.” (ma)