Hollandse Cirkel

08 september 2015 door Eos-redactie

In de 17de eeuw was deze Hollandse Cirkel een universeel meetinstrument.

Wie landmeten zegt, denkt spontaan aan een buitenwerker met fluovestje achter gesofisticeerde meetapparatuur. Landmeten is natuurlijk veel ouder. Sommigen noemen het het op een na oudste beroep ter wereld. De apparatuur heeft dan ook een hele evolutie doorgemaakt. In de 17de eeuw was deze Hollandse Cirkel een universeel meetinstrument. Het instrument van een goeie 20 centimeter diameter werd in 1612 door de Nederlander Jan Dou uitgevonden. Het was bedoeld om in het open veld nauwkeurig hoeken op te meten of uit te zetten. Het combineert twee paar vaste vizieren die loodrecht op elkaar staan, met een cirkelvormige gradenboog van 360°, onderverdeeld in tienden van graden. Daar werden nog een draaibaar stel vizieren en een kompas aan toegevoegd. Met die vaste vizieren kun je snel loodrechte hoeken uitzetten, met het draaibare stel vizieren kun je heel nauwkeurig een hoek opmeten. Tijdens de 18de en 19de eeuw werden meettoestellen vervaardigd die meer op de hedendaagse ‘theodoliet’ lijken, waarbij de vizieren zijn vervangen door kijkers.

Beluister (hieronder) het podcast-interview met Kristel Wautier, conservator van het Museum voor de Geschiedenis van de Wetenschappen (Universiteit Gent).

In elk nummer van Eos Memo plaatsen we een historisch object zoals dit in de kijker. Heeft u zelf op zolder nog een bijzonder voorwerp met een verhaal liggen? Laat het ons weten op memo@eoswetenschap.eu