Kleine, vliegende dino's evolutionair succesvol

06 mei 2014 door Eos-redactie

De dinosaurussoort Maniraptor, waar de hedendaagse vogels uit voortvloeiden, is tijdens zijn bestaan steeds verder geëvolueerd en gekrompen.

De dinosaurussoort Maniraptor, waar de hedendaagse vogels uit voortvloeiden, is tijdens zijn bestaan steeds verder geëvolueerd en gekrompen. Dat in tegenstelling tot de grotere dinosaurussen.

Britse wetenschappers hebben 426 verschillende dinosauriërs ‘gewogen’. Dat deden ze door de dichtheid te meten van de botten van hun poten. Uit de resultaten blijkt dat de lichaamsgrootte van de dinosauriërs kort na hun ontstaan, zo’n 220 miljoen jaar geleden, snel evolueerde, maar daarna al gauw weer vertraagde. Alleen de evolutionaire lijn van de vogels – de Maniraptora – bleef nog 170 miljoen jaar lang verder evolueren.

‘Dinosauriërs zijn niet uitgestorven. Er zijn vandaag nog 10.000 soorten in leven in de vorm van vogels’, zegt Roger Benson van Oxford University. ‘Ons onderzoek toont aan dat vooral de Maniraptora, de geverderde dinosaurussen, enorm veel gewichtsvariatie vertonen in de loop van hun evolutieproces. De lichtste soort is de Qiliania, ter grootte van een mus. Die woog maar zo’n 15 gram. Anderzijds liet de zwaarste Maniraptor 3.000 kilogram optekenen.’ Ter vergelijking: de zwaarste van alle dinosauriërs was de Argentinosaurus: 90.000 kilogram.

Aanpassingsvermogen

Het mag duidelijk zijn dat de zwaardere dinosoorten finaal het onderspit moesten delven, terwijl de kleinere vogelachtigen het wel uithielden. De steeds kleiner wordende lichaamsvormen van de gevleugelde Maniraptora stelde ze in staat om zich vlotter aan te passen aan veranderende leefomstandigheden. Een voordel dat de kolossaal grote soorten niet hadden. Hun lichaamsgrootte legde hen enorm veel beperkingen op, wat mee aan de basis lag van hun uitsterven. (adw)