Speerwerpen is half miljoen jaar oud

15 november 2012 door Eos-redactie

Niet de Neanderthaler of de moderne mens, maar wel een gemeenschappelijke voorouder vond de techniek van het jagen met een speer uit.

Niet de Neanderthaler of de moderne mens, maar wel een gemeenschappelijke voorouder vond de techniek van het jagen met een speer uit. Dat besluiten Amerikaanse wetenschappers op basis van een experiment met nagemaakte speren.

Stenen scherpen tot speerpunten en die daarna op een stok bevestigen vroeg veel tijd en vooral vooruitziendheid, maar het resultaat – een dodelijk doeltreffend jachtwapen – was één van de grootste technologische doorbraken in de geschiedenis van de vroege mens. De oudste speerpunten zijn ongeveer 300.000 jaar oud, maar lang daarvoor al scherpten onze voorouders stenen om bijvoorbeeld als vuistbijl te gebruiken.

Amerikaanse archeologen beweren nu dat onze voorouders 200.000 jaar eerder dan we nu denken dergelijke scherpe stenen aan een stok bonden en ermee gingen jagen. De archeologen vergeleken daarvoor het slijtagepatroon op speerpunten van een half miljoen jaar oud met dat op zelfgemaakte speerpunten die ze met een kruisboog afvuurden op het kadaver van een springbok.

Door de opvallende gelijkenis tussen beide slijtagepatronen gaan de onderzoekers ervan uit dat ook de prehistorische stenen punten een half miljoen jaar geleden al op een speer werden gebruikt. Dat zou betekenen dat de speer dateert uit de periode waarin de Homo heidelbergensis en de laatste gemeenschappelijke voorouder van de moderne mens en de Neanderthaler op de aarde rondzwierf. (kv)


De kruisboog waarmee de archeologen namaaksperen op een springbok-kadaver afvuurden.

speren_1