Wij zijn allen Aurignacien

02 mei 2016 door Eos-redactie

Tijdens het laatpaleolithicum (45.000-12.000 jaar geleden) was het een komen en gaan van oervolkeren in Europa. Toch stammen we af van één enkel volk. Zo blijkt uit een genetische analyse van 55 oermensen.

Tijdens het laatpaleolithicum, de periode tussen 45.000 en pakweg 12.000 jaar geleden, was het een komen en gaan van oervolkeren in Europa. Toch stammen we slechts af van één enkel volk, zo blijkt uit een genetische analyse van de resten van 55 oermensen.

 

Toen tussen 25.000 en 20.000 jaar geleden de laatste ijstijd op zijn hoogtepunt was, ging de toenmalige Europese bevolking door een ‘genetische flessenhals’. Doordat slechts een fractie van die oermensen – allemaal Homo sapiens of cro-magnons, want de neanderthalers waren al uitgestorven – de kou wist te overleven, stammen alle Europeanen uit de eeuwen nadien af van dat groepje doorzetters. En die doorzetters, onze voorvaderen dus, stamden op hun beurt af van een groepje jager-verzamelaars dat 55.000 jaar geleden Afrika verliet en de wijde wereld introk.

Wanneer die overlevers precies de macht hebben gegrepen kwamen we eerder dit jaar te weten dankzij het werk van een internationaal onderzoeksteam, een team waarin ook Belgische vorsers van het Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen in Brussel zaten. Uit het mitochrondriaal DNA van in totaal 55 jager-verzamelaars kon het team aflezen dat dit volk 14.500 jaar geleden Europa moet hebben geërfd. Rond die tijd vond er een kortstondige maar relatief warme periode plaats, een ‘dooi’ waarna de laatste duizend jaar koude volgde. Onze voorvaderen moeten van die periode gebruikgemaakt hebben om de concurrentie weg te vagen – zo vertelt althans hun mitochondriaal DNA, dat enkel van moeder op kind wordt overgeleverd.

Maar wie waren dat dan, onze voorouders? 

Tot welke genetische stamboom behoorden ze? Waar leefden ze? En tot welke ‘cultuur’ mogen we ze rekenen? Op die vragen kon het mitochondriaal DNA dus geen antwoord geven. Maar nu hetzelfde onderzoeksteam ook de analyse van het kern-DNA heeft voltooid, weet het al een pak meer. Bijvoorbeeld dat onze voorouders 35.000 jaar geleden op het Europese toneel verschenen en gedurende dui

 

zenden jaren in Noordwest-Europa woonden. Toen de ijstijd zijn hoogtepunt bereikte migreerden ze in zuidwestelijke richting, naar Spanje en Portugal – in die zin leken ze inderdaad wel op ons. Op het Iberisch Schiereiland  hielden ze zich schuil totdat de gletsjers zich eindelijk terugtrokken, om zich nadien weer te verspreiden over Europa. De resultaten van het onderzoek staan deze week beschreven in het vakblad Nature.

De onderzoekers plaatsen dit volk binnen de zogenaamde Aurignacien-cultuur, die gekenmerkt wordt door vuurstenen en ivoren werktuigen en ook door figuratieve kunst (zoals de muurschilderingen in de grot van Chauvet en de Venus van Hohle Fels). Uit het onderzochte kern-DNA menen de wetenschappers te kunnen opmaken dat deze ‘Aurignaciens’ een tijdlang hebben gewedijverd met een ander volk, dat de Gravettien-cultuur aanhing. Ook die cultuur werd getypeerd door een uiteenlopende productie van voorwerpen en kunst (onder andere de beroemde Venus van Willeldorf), maar om een of andere reden behoort dit volk niet tot onze stamboom – misschien liet hun schuiloord tijdens de laatste ijstijd te wensen over.

 

Goyet, gelegen in de provincie Namen, is de enige vindplaats met fossielen van Europese bevolkingsgroepen uit verschillende tijdsgewrichten 

Van de 55 onderzochte oermensen ‘kwamen’ er trouwens niet minder dan acht uit de grotten van Goyet, gelegen in de provincie Namen. De oudste resten van die acht bleken 35.000 jaar oud, de jongste 15.000 jaar. Daarmee is Goyet de enige vindplaats met fossielen van Europese bevolkingsgroepen uit verschillende tijdsgewrichten. Het waren de mensen van het Brusselse natuurwetenschappelijke instituut die de analyse van deze restanten voor hun rekening namen. (sst)

Beeld: Een opperarmbeentje gevonden in de Goyet-grot. Het behoorde toe aan een Aurignacien die 35.000 jaar geleden leefde. (Credit: Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen)

Lees ook: Het eerste geblaf