Als één tumor de andere kon genezen

Wat als we een tumor zouden kunnen transformeren tot een antikankercentrum dat niet alleen zichzelf maar ook eventuele uitzaaiingen van binnenuit vernielt? Met een nieuw ontwikkelde ‘immuungel’ komt dat idee een stapje dichterbij.

Niet alle kankers worden behandeld met bestraling, chemo of een operatie. Zo is immunotherapie op zichzelf of in combinatie met andere behandelingen ook een optie. Immunotherapie is een verzamelnaam voor geneesmiddelen die het eigen immuunsysteem aanmoedigen om kankercellen aan te vallen. Cryo-ablatie, vergelijkbaar met het bevriezen van wratjes, is een wat minder bekende manier om tumoren te behandelen. Via een naald in de tumor zorgt een extreem koud gas voor korte periodes van bevriezen en dooien, een proces dat kankercellen vernietigt. Eerder onderzoek wees al op een handig neveneffect van cryo-ablatie: niet alleen de behandelde tumor maar ook gezwellen elders in het lichaam stagneren, krimpen of verdwijnen.

Amerikaanse onderzoekers hoopten de kans op dat gelukkig toeval te vergroten door bovenop cryo-ablatie en immunotherapie een aanvullende immuuninjectie toe te dienen. Daartoe ontwikkelden ze een vloeistof die een hoge concentratie Imiquimod bevat. Die actieve stof veroorzaakt een lokale immuunrespons die de kankercellen aanvalt en de tumor verkleint. Wanneer de vloeistof in een tumor geïnjecteerd wordt, verandert die onder invloed van lichaamswarmte in een gel die de onderzoekers ‘Imigel’ doopten. Die Imigel maakt van de tumor een ‘depot’ dat zijn actieve stof langzaam vrijgeeft.

Combinatietherapie

Concreet bestudeerden de onderzoekers muizen met minstens twee hardnekkige darmtumoren of twee triple-negatieve borsttumoren. Dat type borstkanker is erg moeilijk te behandelen en heeft een slechtere prognose dan andere types. Slechts een op de acht patiënten met deze agressieve vorm van borstkanker is vijf jaar na de diagnose nog in leven. Voor dit onderzoek behandelden wetenschappers een groep muizen met een combinatie van cryo-ablatie, immunotherapie en Imigel. Ter vergelijking kreeg een tweede groep muizen enkel cryo-ablatie en immunotherapie. Een derde groep kreeg de combinatietherapie met een gel die geen actieve stof bevatte, om te verzekeren dat de gel op zich geen effect heeft. De onderzoekers behandelden telkens één tumor en analyseerden de dieren vervolgens drie maanden lang.

Voor de muizen met darmkanker, tilde de toevoeging van Imigel de overlevingskansen van 21 naar 57 procent. Voor borstkanker nam de overlevingskans toe van nul naar vijf procent. De gel zonder actieve stof had geen effect op de overlevingskans. Hoewel de behandeling niet feilloos is, zijn de resultaten opmerkelijk. De muizen die reageerden op de behandeling, waren na drie maanden namelijk volledig tumorvrij: ook de niet-geïnjecteerde tumoren waren succesvol behandeld.

Hoewel de techniek nog getest moet worden op mensen, zijn de onderzoekers positief. Dat de behandeling effect zou kunnen hebben op verschillende tumoren zonder ze individueel aan te pakken, biedt volgens hen perspectief. Al zal er nog veel bijkomend onderzoek nodig zijn, weet Lize Allonsius, onderzoeker aan het VUB Brussels Center for Immunology en VIB Center for Inflammation Research. ‘In dit onderzoek is de therapie uitgetest op tumoren die zich in hetzelfde weefsel bevinden (de tweede tumor bestond uit dezelfde darm- of borstkankercellen, red.). Vermoedelijk is het moeilijker om uitzaaiingen in andere weefsels te vernietigen als neveneffect. Hopelijk zal toekomstig onderzoek zich daarop toeleggen.’

Of Imigel ook kan helpen bij de behandeling van tumoren in verschillende weefsels, is dus nog afwachten. Bovendien is de behandeling enkel getest op muizen. ‘Het zal een uitdaging zijn om de resultaten uit dit muismodel te vertalen naar mensen. Een tumor evolueert anders in een mens dan in een muis. Voor borstkanker is de overlevingskans bij muizen bijvoorbeeld een stuk lager dan bij mensen terwijl voor darmtumoren vermoedelijk het omgekeerde geldt’, zegt Allonsius.