Boren bij de ijsberen

25 april 2014 door TN

Arctica is een ongastvrije omgeving voor boorplatformen. Het lijkt er bovendien op dat olielekken meer schade aanrichten in het koude water dan op warmere plaatsen.

Energiebedrijven gaan steeds dieper het noordpoolgebied in op zoek naar aardolie en aardgas. Vorige week leverde een Russisch boorplatform bij de archipel Nova Zembla de eerste tanker met 70.000 ton noordpoololie. President Poetin glom van trots. Maar Arctica is een ongastvrije omgeving voor mensen en boorplatformen. Het lijkt er bovendien op dat olielekken meer schade aanrichten in het koude water dan op warmere plaatsen.

Die 70.000 ton olie, die trouwens bestemd is voor de haven van Rotterdam, komt van het Prirazlomnoje-boorplatform, gelegen in de Petsjorazee tussen Nova Zembla en het Russische vasteland. Het platform kreeg enige bekendheid door een Greenpeace-actie in september vorig jaar. Toen wilden activisten, waaronder twee Nederlanders, het booreiland enteren. Maar ze belandden in de gevangenis en kwamen pas een paar maanden later weer vrij. Hun Greenpeace-schip Arctic Sunrise, dat onder de Nederlandse vlag vaart, ligt nog steeds aan de ketting in Moermansk. Greenpeace wil geen oliewinning in het noordpoolgebied en vreest de gevolgen voor de natuur bij een mogelijke olieramp. De Russische overheid vindt de oliewinning dan weer prima voor de ‘s lands economie en invloed op de wereldwijde energiemarkt.

Schatten onder het ijs

We kunnen maar beter weten wat de gevolgen zijn van boringen in het Hoge Noorden. Want onder het koude water van de Noordelijke IJszee liggen nog heel wat bodemschatten waar de mens graag zijn hand op wil leggen. Volgens schattingen bevat het noordpoolgebied 20 procent van alle nog niet ontdekte olie- en gasreserves in de wereld: 13 procent van de wereldolievoorraad en 30 procent van de wereldgasvoorraad. De winbare oliereserves van het Prirazlomnoje-veld alleen worden geraamd op 71,96 miljoen ton. De vijf landen rond de Noordpool (Rusland, Noorwegen, Groenland/Denemarken, Canada en de VS) kunnen binnen hun Exclusieve Economische Zones (EEZ, het zeegebied tot 370 kilometer buiten de kust) probleemloos vergunningen leveren aan oliebedrijven die er willen boren.

Al in de jaren 1940 werden in Alaska de eerste boorgaten gedrild. Aanvankelijk nog op het vasteland, maar in de loop der jaren verschenen boorplatformen steeds verder weg van de kust. Vandaag zoekt de Noorse multinational Statoil in de Barentszzee naar gas en zijn er ook enkele internationale bedrijven actief bij het Russische Nova Zembla. Er gelden strenge regels voor booractiviteiten in het noordpoolgebied, maar Rusland springt daar wat losser mee om dan de Verenigde Staten.

Een ijsberg kan over de zeebodem schuren en een pijpleiding raken die niet diep genoeg ligt

Naast olie en gas is er in de zeebodem evengoed diamant of zelfs uranium te vinden. Het wekt dan ook weinig verbazing dat alle vijf Noordpoolstaten wel een extra deel van de zeebodem opeisen. Hoogtepunt was de Russische expeditie die in augustus 2007 een vlag op de Noordpoolbodem plantte, maar de vier andere aangrenzende landen gaan daar lustig in mee.

Op zich is die exploratiedrift niet nieuw. In de 17e eeuw vestigden de Nederlanders al smelterijen voor walvisvet op Spitsbergen, van 1916 tot 1962 volgden er op het eiland steenkoolmijnen. De omstandigheden waren er hard en dat is vandaag nog altijd zo. Harde omstandigheden betekenen ook: dure omstandigheden. Maar nu de olieprijs hoog staat, vinden de energiebedrijven die investeringen de moeite waard. Verwacht wordt dat, door het smeltende ijs en de stijgende energieprijzen, het noordpoolgebied alleen maar meer volk zal aantrekken.

Ongastvrij

Maar dat gaat niet van een leien dakje, zoals multinational Shell al tot zijn scha en schande vaststelde (zie onderaan ‘De Shell-schade’). Niet enkel de mensen moeten leven met het extreme weer, het ontregelde dag-nachtritme en de desolaatheid van het gebied. Ook de materialen moeten de felle wind, het winterse ijs en de stevige zomerse stormen weerstaan. Het boorplatform mag niet te hard lijden onder ijsvorming en is voor energie afhankelijk van ‘winterdiesel’, een brandstof speciaal voor de koude omgeving. Het drijvende zee-ijs in de omgeving wordt dan weer met de modernste technologie in het oog gehouden. Als een ijsberg toch op ramkoers komt, kan men in uiterste nood de boortorens via een speciaal systeem snel loskoppelen van de oliebron.

Ook boren is een vak apart op de polen. Het gat moet eerst door een laag permafrost geboord worden, maar de warmte die bij die activiteit vrijkomt, kan het water in de onmiddellijke omgeving doen dooien. Er komen dan ook vaak instabiele boorgaten voor. En als dan toch olie gewonnen wordt, moet de bekleding van het boorgat isolerend genoeg zijn. Anders veroorzaakt de warme opborrelende olie opnieuw stabiliteitsproblemen.

Daarnaast zijn er enkele onbekende factoren van invloed bij energiewinning in het noordpoolgebied. En die hebben vooral een impact op het milieu, zegt Bas Bolman van Wageningen UR in het magazine Wageningen World. Hij werkt aan het onderzoeksinstituut IMARES, dat kennis van mariene ecosystemen verzamelt voor duurzaam gebruik en beheer van kust en zee. ‘Een ijsberg kan over de zeebodem schuren en een pijpleiding raken die niet diep genoeg ligt. Olie die vrijkomt, raakt in de winter opgesloten onder het ijs. Dat ijs verplaatst zich en ontdooit ‘s zomers op een andere plek, waardoor de olie elders aan het oppervlak komt. Hoe we daarmee om moeten gaan, weten we eigenlijk nog niet.’

Een extra probleem bij een mogelijk lek is dat olie en chemicaliën door koude en ijs stroperiger worden. Olieoplossende middelen, die de schoonmakers inzetten om de drijvende olielaag af te breken, lijken minder effectief te werken. De oliedeeltjes en chemicaliën zullen misschien ook minder snel op natuurlijke wijze afbreken, waardoor ze langer in de ijszee blijven hangen.

Daar komt bij dat het leven in zee onder de extreem koude omstandigheden anders in elkaar zit. De voedselketens zijn er vaak korter dan in bijvoorbeeld de Noordzee. Algen worden gegeten door schelpdieren en schelpdieren door walrussen. Als de schelpdieren wegvallen, moet de walrus op zoek naar ander voedsel. De verschillende soorten hangen dus veel harder aan elkaar vast en zijn daardoor extra kwetsbaar.

Wegen de gevaren op tegen de winst? Of er wel of niet geboord mag worden op de Noordpool, daar wil Bolman geen uitspraak over doen. ‘Wij meten de potentiële effecten op het ecosysteem. Of dat toelaatbaar is, kan de wetenschap niet beantwoorden. Wij proberen het systeem te doorgronden en waar mogelijk te voorspellen. Vervolgens is het aan de internationale gemeenschap om daarmee aan de slag te gaan.’

De Shell-schade

Dat olieboren in het noordpoolgebied niet simpel is, ondervond Shell de afgelopen jaren. In 2005 en 2008 kreeg de Nederlands-Britse multinational vergunningen om te boren voor de noord- en westkust van Alaska, maar de BP-olieramp in de Golf van Mexico en een rechtszaak van enkele Eskimostammen en milieuorganisaties zorgden dat er pas in 2012 schot in de zaak kwam. Het begin van nog meer ellende, bleek later. Toen een veiligheidskoepel, bedoeld om een boorput te bedekken bij calamiteiten, beschadigd raakte bij een test werden de boorrechten ingekort. Vervolgens plaagden nog enkele andere rampen de Shell-installaties: een grote ijsschots, een brand in een machinekamer en zelfs een op hol geslagen boorschip dat op de rotsen strandde. Voor 2013 liet Shell de boringen dan maar voor wat ze waren. En wegens de uitspraak in een rechtszaak in januari dit jaar ziet het ernaar uit dat 2014 ook geen booractiviteiten zal opleveren. Een rechter oordeelde dat de Amerikaanse regering nooit toestemming had mogen geven voor de boringen omdat ze geen rekening hield met de gevolgen voor het milieu.

Video. Marien bioloog Martine van den Heuvel-Greve van IMARES Wageningen UR over haar onderzoek op Spitsbergen naar mogelijke effecten van nieuwe activiteiten in het Noordpoolgebied.

Dit artikel verschijnt ook in ons gratis Eos Weekblad op tablet. U kunt de Eos-app gratis downloaden in de App store (iOS) of Google Play (Android). In de app kunt u naast het gratis weekblad ook de digitale versies van de magazines Eos, Memo en Psyche&Brein aankopen.