Hoeveel mogen we nog uitstoten?

Een nieuwe studie berekent hoeveel CO2 er nog de lucht in mag als we de opwarming tot anderhalve graad of twee graden willen beperken.

De voorbije jaren zijn verschillende pogingen ondernomen om te bepalen hoeveel broeikasgassen we nog mogen uitstoten als we de klimaatverandering tot twee graden of anderhalve graad Celsius willen beperken. De schattingen van dat zogenoemde koolstofbudget voor anderhalve graad variëren van nul tot meer dan 1000 miljard ton. Een internationaal team wetenschappers verklaart in het vakblad Nature waar die variatie vandaan komt en berekent het resterende budget.

Want de vraag is: als er op dat koolstofbudget meer dan 1000 miljard ton speling zit, wat heb je er dan aan? Als we niet begrijpen waarom schattingen variëren, is het nut van koolstofbudgetten erg beperkt, zegt de Belgische klimaatexpert Joeri Rogelj (Imperial College London), hoofdauteur van de studie.

Rogelj en zijn collegas identificeren vijf belangrijke factoren die aan de basis liggen van de verschillen. Hoeveel is het klimaat vandaag al opgewarmd? Hoeveel bijkomende opwarming verwachten we voor elke extra uitgestoten ton koolstof? Hoeveel opwarming verwachten we nog nadat de uitstoot is gestopt? Wat zal de toekomstige bijdrage van andere broeikasgassen zoals methaan zijn? Welke impact zullen terugkoppelingen in het klimaatsysteem hebben, zoals de ontdooiende permafrost? (Bij die dooi komt broeikasgas vrij, wat tot meer opwarming leidt, en zo tot meer dooi, enzovoort, red.) Over al die vragen moeten wetenschappers aannames doen en keuzes maken, die het eindresultaat beïnvloeden.

Nuluitstoot

Ondanks de onzekerheden is het koolstofbudget volgens Rogelj een nuttig instrument. Het is nuttig omdat het een limiet op de temperatuurstijging op een eenvoudige manier verbindt met een hoeveelheid CO2 die we nog kunnen uitstoten. Op basis van de recentste inzichten over bovenstaande vragen, berekende het team ook zelf hoeveel dat is. Willen we 50 procent kans maken om de opwarming tot twee graden te beperken, dan mogen we niet meer dan 1400 miljard ton CO2 uitstoten. Voor iets meer zekerheid (66 procent) slinkt dat tot 1000 miljard ton. Willen we de temperatuur maximaal met anderhalve graad laten stijgen, dan rest ons respectievelijk nog 480 miljard ton (50 procent kans) of 320 miljard ton (66 procent kans).

De wereldwijde economie stoot momenteel jaarlijks zon 37 miljard ton CO2 uit. Daar komt nog een dikke vier miljard ton bij  als gevolg van veranderingen in landgebruik, zoals ontbossing. Dat betekent dat wanneer we de opwarming met een waarschijnlijkheid van 66 procent tot 1,5 °C willen beperken, we tussen 2030 en 2035 een nuluitstoot zouden moeten bereiken, zegt Rogelj. In de praktijk betekent dat: zo snel mogelijk. Voor een maximale opwarming van 2°C moet dat tegen 2070, maar dan heb je nog één kans op drie dat we op een hogere temperatuur uitkomen.


Gerelateerde artikels

Klimaatverandering is een feit! Evolutie schiet te hulp

Klimaatverandering is een feit! Evolutie schiet te hulp

De aanpassing van het leven op aarde aan veranderende omgevingen is mogelijk  door natuurlijke selectie op basis van individuele verschillen. Deze (genetische) diversiteit binnen soorten staat echter onder druk. Het blijkt dat we als mensen onze strategieën moeten aanpassen om deze verschillen te monitoren, en zo onze biologische hulpbronnen optimaal te beheren.  Als we willen blijven profiteren van de diensten van de natuur, kunnen we maar beter deze grondstoffen van natuurlijke evolutie in de gaten houden zodat soorten zich kunnen blijven aanpassen aan veranderingen in hun omgeving.