Van een afstand lijken de mossen die groeien op onze muren, dakpannen en stoeptegels vooral op hoopjes vuil die je te lijf moet gaan met een hogedrukreiniger of bleekmiddelen. Maar zoals zo vaak verandert je blik als je de tijd neemt om dichterbij te gaan.
Beeld: Charlotte Goeyers
In het geval van mossen kom je zelfs in een sprookjesachtige wereld terecht. De namen alleen al: haarmuts, achterlichtmos en muisjesmos. En ze maken hun naam waar. De haarmuts komt uit de familie van de haarmutsen, de Orthotrichaceae, en je hebt kale, grijze, gekroesde, gladde, ruige en vele andere divers gecoiffeerde varianten. Een determinatiegids zou dan ook niet misstaan tussen de inspiratieboeken bij de kapper.
Ook de achterlichtmossen doen hun naam eer aan met toppen zo rood als… jawel, een achterlicht. En het gewoon muisjesmos vormt kleine, ronde kussentjes die met hun bleke, uitstekende haartjes lijken op een schattig slapend muisje. Het muisjesmos doet dat niet om op een muis te lijken. De opgerolde vorm beperkt het vochtverlies en de lange haren zijn verlengde, naakte bladnerven die het zonlicht verspreiden. Het muisjeskostuum is een slimme aanpassing om in volle zon op droge oppervlakken zoals dakpannen en stoeptegels te overleven.

‘Onderschat mossen dus niet’, waarschuwt Tim Claerhout, die aan de Universiteit Leiden mossen en korstmossen in de stad bestudeert. ‘Het zijn evolutionaire wonderen: ze waren de eerste planten die het land veroverden, zo’n 480 miljoen jaar geleden. Al die tijd zijn ze blijven bestaan, wat bewijst dat ze over een indrukwekkend aanpassingsvermogen beschikken.’
Voor je op mossensafari vertrekt, wil Claerhout nog iets verduidelijken: ‘Je zal mossen en korstmossen tegenkomen. Hoewel die op het eerste gezicht op elkaar lijken, zijn ze geen familie. Korstmossen zijn zelfs geen mossen, maar een samenwerking tussen een schimmel en een alg. Wetenschappers noemen ze daarom liever lichenen. Als je goed kijkt, zie je wel degelijk grote verschillen. Korstmossen lijken op gedroogde vogelstront of kauwgom – of op een gebakken spiegelei, zoals het groot dooiermos. Mossen zijn planten en hebben dus ook bladeren, al heb je vaak een vergrootglas nodig om ze te bekijken. Echte wortels hebben ze dan weer niet. Ze klampen zich vast met hechtdraadjes, zogenaamde rhizoïden.’

Zonder wortels kunnen mossen geen voedsel en water uit de bodem halen zoals andere planten, maar ze hebben dat ook niet nodig. ‘Mossen halen vrijwel alles uit de lucht, vooral via regenwater. Daardoor zijn ze uitstekende luchtzuiveraars die fijnstof en stikstof uit de lucht halen. In sommige steden is al geëxperimenteerd met enorme mosmuren. Niet altijd met evenveel succes, omdat mossen de luchtkwaliteit alleen verbeteren wanneer ze vochtig zijn. Maar goed, het feit dat ze de lucht zuiveren is al een goede motivatie om ze te laten staan op je dakpannen en muren.’
De luchtzuiverende mosmuren duiken ook in hippe kantoren op, maar die bubbel moet Claerhout doorprikken. ‘Als het al echte mossen zijn, dan leven ze in te droge omstandigheden om actief te zijn. Maar meestal zijn het geen mossen maar dode, geverfde korstmossen, die in kantoren geen lucht zuiveren en enkel stof vergaren.’

Het onderzoeksproject van Tim Claerhout draagt de naam Verborgen Stadsnatuur, toepasselijk, want mos bulkt van het leven. ‘Mossen bieden schaduw en een schuilplaats aan duizenden kleine dieren: van kleine wormpjes en raderdieren tot pissebedden. Als ik mossen aan het inventariseren ben in de stad, dan ontdek ik soms drukke miniwouden vol leven.’
Ook grotere dieren hebben wat aan mos. Vogels maken dankbaar gebruik van mossen om hun nest te bouwen. Voor ons, mensen, hebben mossen interessante isolerende of esthetische eigenschappen. En toen de aanvoer van katoen tijdens de Eerste Wereldoorlog stokte, gebruikten verpleegkundigen veenmossen als verbandmiddel, omdat ze veel vocht, en dus ook bloed, opnemen én licht antibacterieel werken.

Je hoeft trouwens niet bang te zijn dat mossen en korstmossen bomen, muren of dakpannen beschadigen. ‘Ze groeien vaak in een kuiltje in een dakpan, waardoor mensen denken dat mossen zich een weg in het gesteente knagen. Het kuiltje was er eerst, en omdat er water en vuil was blijven hangen, vond een mosplantje het een ideale plek om te groeien.’ Zet die hogedrukreiniger dus maar snel op een tweedehandssite.