Oceanen warmen ongelijkmatig op

16 januari 2019 door SST

De opwarming van de zeeën laat zich vooral voelen in de bovenste waterlagen. In de diepste diepzee is zelfs de kleine ijstijd nog niet verteerd.

Sinds de start van de industriële revolutie en de massale verbranding van fossiele brandstoffen heeft de mens veel bijkomende energie opgewekt. 90 procent van die energie is geabsorbeerd door de wereldzeeën. Dat blijkt uit een omvangrijk onderzoek van Britse oceanologen.

De onderzoekers namen voor de voorbije anderhalve eeuw de absorptie en de manier hoe onze planeet daarop reageert gedetailleerd onder de loep. Ze vonden dat de extra warmte die de zeeën opneemt een hogere gemiddelde watertemperatuur veroorzaakt. De zeeën bevatten ook méér water, door smeltende ijskappen. Voorts stijgt de ziespiegel, deels omdat warmer water een kleinere dichtheid heeft en dus meer volume inneemt.

De warmte die de oceanen sinds 1871 hebben opgenomen, komt volgens de onderzoekers overeen met duizend keer de jaarlijkse energieconsumptie van de huidige wereldbevolking.

De studie bevat nog een opmerkelijk resultaat. In de diepzee, bijvoorbeeld in de buurt van de Marianentrog in de Stille Oceaan, het diepste punt op aarde, is het water nog steeds aan het herstellen van de zogeheten kleine ijstijd. Dat is de periode van ruwweg 1500 tot 1800 waarin de gemiddelde temperatuur in Europa 1 à 2 graden lager lag dan bij de start van de industriële revolutie. Dat terwijl de opwarming van het klimaat al goed te voelen is dichter bij het oceaanoppervlak.