Ongeremde opwarming zet klimaatklok vijftig miljoen jaar terug

Door de opwarming van het klimaat lijkt de toekomst van onze planeet sterk op haar verleden.

Amerikaanse paleogeologen – aardwetenschappers die de zeer verre geschiedenis van de planeet bestuderen – hebben uitgerekend welk effect twee potentiële uitstootscenario’s hebben op het klimaat, dit gedurende de komende decennia. Ze deden dat voor een scenario waarin de uitstoot van broeikasgassen nauwelijks aan banden wordt gelegd – ‘business as usual’ – en een ‘gematigd’ scenario, nog zwakker dan datgene dat werd afgesproken in Parijs.

Natuurlijk komen de wetenschappers uit op forse temperatuursstijgingen, die reeds voelbaar zijn vanaf 2030. In het business as usual-scenario kan de stijging de komende decennia van de gemiddelde temperatuur oplopen tot 3,6 graden ten opzichte van het pre-industriële niveau. Voor de verre horizon van 2150 waarschuwen de vorsers voor een stijging van liefst 13 graden.

Dat is natuurlijk geen nieuws. Wel nieuw is de vergelijking die de paleogeologen trekken met de (verre) geschiedenis van onze planeet. Zo zou het klimaat bij uitblijvende klimaatinspanningen de komende decennia ‘terugglijden’ naar het midden van het Plioceen, het geologische tijdperk dat duurde van ruwweg 5,5 tot 2,5 miljoen jaar geleden. In dit tijdperk maakte Noord-Amerika zich vast aan Zuid-Amerika, en was het mondiale klimaat overwegend droog. Hierdoor waren er landbruggen waarlangs diersoorten zich konden verspreiden naar alle continenten.

Maar als het doenscenario voortduurt tot 2150, dan wordt het aardse klimaat nog veel verder teruggekatapulteerd in de tijd, zo blijkt. Naar het vroege Eoceen, om precies te zijn, vijftig miljoen jaar geleden. Toen was het klimaat uitzonderlijk warm en nat, en groeiden er palmbomen op de Noordpool. De dinosauriërs waren niet lang ervoor uitgestorven, in het warme zeewater verschenen de eerste grote zeezoogdieren en op het land de voorouders van hoefdieren.

In het meer gematigde scenario, waarin wél actie wordt ondernomen maar te weinig en te laat, lijkt het Plioceen het eindpunt. Een magere troost, want ook dat behelst een enorme aanpassing voor mens en dier.


Gerelateerde artikels

Klimaatverandering is een feit! Evolutie schiet te hulp

Klimaatverandering is een feit! Evolutie schiet te hulp

De aanpassing van het leven op aarde aan veranderende omgevingen is mogelijk  door natuurlijke selectie op basis van individuele verschillen. Deze (genetische) diversiteit binnen soorten staat echter onder druk. Het blijkt dat we als mensen onze strategieën moeten aanpassen om deze verschillen te monitoren, en zo onze biologische hulpbronnen optimaal te beheren.  Als we willen blijven profiteren van de diensten van de natuur, kunnen we maar beter deze grondstoffen van natuurlijke evolutie in de gaten houden zodat soorten zich kunnen blijven aanpassen aan veranderingen in hun omgeving.