Baby van 7 maanden herkent al spraak

15 juli 2014 door Eos-redactie

Ook als baby’s nog niet kunnen spreken, herkennen en verwerken hun hersenen al taalklanken. Dat blijkt uit Amerikaans hersenonderzoek bij kinderen van zeven en elf maanden oud.

Ook als baby’s nog niet kunnen spreken, herkennen en verwerken hun hersenen al taalklanken. Dat blijkt uit Amerikaans hersenonderzoek bij kinderen van zeven en elf maanden oud.

Zo rond de leeftijd van acht maanden beginnen baby’s klanken te herkennen die afkomstig zijn uit hun eigen taal. Vanaf dat moment reageren ze niet meer hetzelfde op alle klanken, maar leren ze de lettergrepen van hun moedertaal te onderscheiden. Enkele maanden later spreekt het kind normaal gezien zijn eerste woorden uit.

Hoe die overgang precies verloopt in het babybrein is niet bekend. Maar onderzoekers van de University of Washington hebben de wetenschap een stap dichter gebracht bij de oplossing. Ze ontdekten dat zelfs baby’s van amper zeven maanden al spraakklanken herkennen. De klanken activeren gebieden in de hersenen die de beweging van het spraakorgaan aansturen.

MEG-scanner

Bij hun experiment plaatsten de wetenschappers 57 baby's van zeven en van elf à twaalf maanden oud onder een MEG-hersenscanner (MEG staat voor ‘magnetoencephalografie’). Het toestel, dat veel wegheeft van een groot uitgevallen retro haardroger, is volgens de onderzoekers compleet veilig.

De kinderen kregen afwisselend lettergrepen te horen uit hun eigen taal (Engels) en uit een vreemde taal (Spaans). Daarbij kon de MEG-scanner activiteit registreren in de temporale kwab, het gebied van Broca en het cerebellum: stuk voor stuk gebieden die de spraak aansturen.

Motherese

Volgens de onderzoekers onderstrepen die testresultaten het belang van het zogeheten ‘parentese’ of ‘motherese’: de typische manier waarop ouders tegen hun baby praten, met veel intonatie en een duidelijke, licht overdreven articulatie. Ook als de baby nog niet kan spreken en dus niets terugzegt, is dat parentese belangrijk, zo luidt het.

Toch nuanceren sommige studies dat belang ook. In sommige culturen en bevolkingsgroepen worden pasgeborenen immers helemaal niet op een speciale manier toegesproken. Desondanks ondervinden die kinderen later geen problemen met hun taalvermogen. (adw)