We kijken naar onze trouwe viervoeter en denken precies te weten wat hij voelt. Blijdschap, schuld, opwinding… Maar klopt dat wel? Nieuw onderzoek laat zien dat we ons vaker vergissen dan we denken.
Onderzoekers van de Arizona State University ontdekten dat mensen bij het beoordelen van de emoties van een hond niet zozeer letten op het gedrag van de hond zelf, maar vooral op de context waarin hij zich bevindt. Dat leidt vaak tot misinterpretaties over hoe een hond zich daadwerkelijk voelt.
De wetenschappers voerden twee experimenten uit. In het eerste experiment lieten ze aan 383 proefpersonen video’s zien van honden in zowel positieve als negatieve situaties. In sommige gevallen werd de achtergrond van de video verwijderd, zodat alleen de hond zichtbaar was. De proefpersonen moesten vervolgens beoordelen hoe gelukkig of angstig de hond eruitzag.
In het tweede experiment manipuleerden de onderzoekers de context van dezelfde video’s. Ze bewerkten de beelden zo dat een hond die oorspronkelijk in een positieve situatie was gefilmd, nu in een negatieve omgeving leek te staan, en omgekeerd. Andere proefpersonen kregen deze aangepaste video’s te zien en moesten op hun beurt inschatten hoe de hond zich voelde.
De resultaten waren duidelijk: mensen lieten zich sterk leiden door de omgeving en niet door de werkelijke lichaamstaal van de hond. Wanneer een hond naast een stofzuiger stond, interpreteerden mensen zijn houding als angstig, terwijl dezelfde houding in de buurt van een leiband als blij werd gezien. Dit wijst erop dat we emoties projecteren op basis van wat we denken dat de hond zou moeten voelen in een bepaalde situatie, in plaats van goed te kijken naar zijn signalen.