Komeetlander weer aan het werk

18 juni 2015 door EE

De kleine komeetlander Philae wordt heel voorzichtig weer aan het werk gezet. Maar voordat het zover is zal de lander, die afgelopen zaterdag na zeven maanden uit zijn ‘winterslaap’ kwam, grondig worden getest.

De kleine komeetlander Philae wordt heel voorzichtig weer aan het werk gezet. Dat hebben wetenschappers van het Europese ruimteagentschap ESA woensdagochtend bekendgemaakt tijdens een persconferentie in Parijs. Maar voordat het zover is zal de lander, die afgelopen zaterdag na zeven maanden uit zijn ‘winterslaap’ kwam, grondig worden getest.

De eerste tekenen wijzen erop dat Philae in goede toestand verkeert. Maar dat betekent niet dat al zijn wetenschappelijke instrumenten direct aan de slag kunnen. In eerste instantie worden alleen Romap (meet magnetisch veld), Mupus (meet temperatuur) en Sesame (meet structuur komeetoppervlak met behulp van geluid) geactiveerd. Deze instrumenten verbruiken weinig stroom en zijn onbeweeglijk.

Dat laatste is van belang, omdat onduidelijk is hoe stabiel Philae momenteel staat. Slechts twee van zijn drie landingspoten maken contact met het oppervlak van komeet 67P/Churyumov-Gerasimenko.

Als volgende zijn de camera’s Civa en Rolis aan de beurt, gevolgd door Cosac en Ptolemy, de twee instrumenten die de samenstelling van het gas en stof op de komeet moeten onderzoeken. Pas als allerlaatste komen – mogelijk pas in juli – de röntgenspectrometer APXS en de ‘boor’ SD2 in actie.

Om de communicatie met Philae te vergemakkelijken, zal moederschip Rosetta weer wat dichter bij de komeet worden gebracht. Eerder moest Rosetta juist wat afstand nemen, omdat haar navigatiecamera stofdeeltjes van de komeet voor sterren begon aan te zien.

Rosetta zal het ijzige hemellichaam nu weer tot op 180 kilometer naderen – ongeveer 40 kilometer dichterbij dan de afgelopen weken. Maar als haar navigatiesysteem dat niet pikt, zal ze weer naar een veiligere hoogte worden gemanoeuvreerd.