Lokale Supercluster is maar een ‘zijtak'

02 september 2014 door EE

De Lokale Supercluster – de verzameling sterrenstelsels waartoe onze Melkweg behoort – maakt deel uit van een veel groter geheel.

De Lokale Supercluster – de verzameling van een honderdtal groepen en clusters van sterrenstelsels waartoe ook onze Melkweg behoort – maakt deel uit van een veel groter geheel.

Tot die conclusie komt een internationaal team van astronomen op basis van een nieuwe driedimensionale kaart van sterrenstelsels, gepubliceerd in Nature

Sterrenstelsels zijn niet willekeurig verdeeld over het heelal. Ze vormen groepen van enkele tientallen stelsels, zoals onze eigen Lokale Groep, en clusters die uit honderden stelsels kunnen bestaan. Die groepen en clusters vormen op hun beurt lange ketens, die we filamenten noemen.

Waar deze filamenten elkaar kruisen, komen we nog grotere samenscholingen van sterrenstelsels tegen: de superclusters. Die kolossale structuren, met afmetingen van honderden miljoenen lichtjaren, zijn onderling verweven. Daardoor is het moeilijk vast te stellen waar de ene supercluster ophoudt en de andere begint.

De astronomen hebben nu een nieuwe manier bedacht om de grenzen tussen superclusters te bepalen. Ze keken naar de bewegingen van de sterrenstelsels in onze kosmische ‘achtertuin’. 

Een sterrenstelsel dat zich ongeveer op de grens van twee superclusters bevindt, raakt verwikkeld in een krachtmeting tussen de zwaartekrachtsaantrekkingen van de beide kolossen. De beweging van het stelsel verraadt welke supercluster die touwtrekwedstrijd zal winnen. 

Op die manier hebben de astronomen vastgesteld dat onze Melkweg zich in de uithoek van een 500 miljoen lichtjaar grote supercluster bevindt. Voor die supercluster, die naar schatting 100.000 sterrenstelsels telt, is de naam Laniakea bedacht. Dat is een samentrekking van de Hawaïaanse woorden ‘lani’ (hemel) en ‘akea’ (immens).