De distelvlinder op wereldreis

Wist je dat sommige vlinders echte wereldreizigers zijn? De distelvlinder is er zo eentje. Je zou kunnen zeggen: een ultramarathonloper... of beter gezegd: een ultramarathonvlieger! 

Van Afrika tot in Amerika, van op de Himalaya tot in de woestijn. Niet alleen K3 legt deze afstand weleens af, ook vlinders. Jaarlijks leggen vlinders zo’n 15.000 kilometer af. Dat is een vlucht van Brussel naar Australië en terug! Wetenschappers wisten al langer dat vlinders ver konden vliegen. Maar nu hebben ze voor het eerst hun reisroutes in kaart gebracht. 

De kampioen van de lange reis 

Alle vlinders vliegen weleens over de Middellandse Zee en de hete Sahara. Maar de distelvlinder? Die doet er nog een schepje bovenop! Distelvlinders vliegen tussen Mexico en Canada. Maar niet altijd in een rechte lijn. Ze nemen vaak een omweg om de wereld te verkennen. En dat allemaal met hun kleine, fijne vleugeltjes. 

Zonder chauffeur 

Denk je dat de wind hen meesleurt? Nee hoor! Distelvlinders sturen hun eigen koers. Ze zijn als mini-piloten in de lucht.  Zelfs met twee gevoelige vleugels zijn ze goed gebouwd voor lange vluchten: 

  • Ze vinden overal waardplanten om eitjes op te leggen 

  • Ze kunnen zich warm trillen als het koud is 

  • Ze vliegen tot wel 50 kilometer per uur 

  • Ze hebben hun eigen brandstof: vetreserves 

Want zoals auto’s benzine nodig hebben, hebben vlinders vet nodig om te vliegen. Daardoor kunnen ze urenlang in de lucht blijven, en mega hoog. Soms vliegen ze over het Verenigd Koninkrijk, maar doordat ze zó hoog vliegen zien we ze niet.

Op reis met libellen, motten en plantluizen 

De distelvlinder is niet het enige insect dat graag op verre reizen vertrekt. 

  • Libellen vliegen over de Indische Oceaan 

  • Motten steken héél Australië over 

  • Plantluizen laten zich meevoeren door de wind in Azië 

 

(Bron: Universiteit van Californië, Verenigde Staten)