Waren wij ooit vissen? Duik mee in onze evolutie

Lang geleden leefde alles in het water. Er was nog geen leven op het land. Maar hoe kwamen we daar dan terecht? En hoe kregen we handen en voeten in plaats van vinnen? 

Het is een heel lang detectiveverhaal. Wetenschappers stelden zich die vraag al heel lang. En toen ze fossielen vonden, kwamen ze dichter bij het antwoord! 

Vinnen met botjes 

Fossielen zijn versteende resten van oude dieren, in dit geval vissen. De vissen in deze fossielen zagen er helemaal anders uit. In hun vinnen zaten botjes, daardoor leken ze al een beetje op kleine pootjes! Die vissen noemen we lobvinnige vissen.  

Een bijzondere vis op de markt 

Iedereen dacht dat die vissen al héél lang geleden waren uitgestorven. Tot een visspecialiste in Zuid-Afrika een gekke vis op de markt zag liggen. Hij leek niet alleen op een lobvinnige vis, het was een échte lobvinnige vis! Hij kreeg de naam Latimeria, vernoemd naar visspecialiste mevrouw Latimer die hem vond. 

De eerste stap op het land 

Miljoenen jaren geleden leefden er veel soorten lobvinnige vissen. Sommigen hadden zulke stevige vinnen dat ze zichzelf op het strand konden trekken. Zo vonden ze eten waar andere dieren niet bij konden. Slimme beestjes! Maar... ze konden niet ademen op het land. Vissen hebben namelijk kieuwen, geen longen. 

Van vin naar poot 

Dat probleem werd opgelost, alleen niet zo snel... Na zo’n 30 tot 40 miljoen jaar veranderde er iets. Er kwamen dieren met longen én pootjes: de eerste amfibieën, zoals kikkers. Hun vinnen waren voorpoten en achterpoten geworden! 

En dan... handen en voeten 

Die pootjes werden steeds handiger en gedetailleerder. Nog eens 50 miljoen jaar later kregen sommige dieren echte handen en voeten, met vingers en tenen. Daarmee konden ze kruipen, klimmen en uiteindelijk mens worden.

Wist-je-datje 

Heb je ooit een kikkervisje gezien? Ga op zoek naar kikkervisjes in een vijver en hou ze in de gaten, zij laten deze evolutie in het klein zien. In het water hebben ze een staart en kieuwen. Maar dan, poef! krijgen ze pootjes en longen.