Homo's weigeren als bloeddonor mag

04 mei 2015 door EV

Homo's permanent weigeren als bloeddonor mag onder voorwaarden. Dat stelt het Europees Hof van Justitie. Een terechte maatregel?

Homo's permanent weigeren als bloeddonor mag onder voorwaarden. Dat stelt het Europees Hof van Justitie. Europese landen moeten dan echter wel onder meer aantonen dat deze mannen een groot risico hebben om bijvoorbeeld hiv op te lopen.

In 2009 stapte een Fransman naar de rechter omdat hij was geweigerd als bloeddonor op grond van zijn seksuele relatie met een man. Frankrijk, net als veel andere landen, sluit homo's uit bij bloeddonaties. Het hof stelt nu dat de Franse rechter onder meer moet nagaan of het hoger risico voor homo's om door bloed overdraagbare infectieziektes en ziekteverwekkers zoals hiv te krijgen, nog steeds bestaat in Frankrijk. Ook moet worden gekeken of er minder belastende technieken bestaan die toch de veiligheid en gezondheid van de ontvanger garanderen.

Het Nederlandse College voor de Rechten van de Mens stelde woensdag dat het permanent uitsluiten van homo's van bloeddonatie leidt tot discriminatie. Die zorgen heeft het EU-hof ook, maar verwijst dat door naar de nationale rechter om te bepalen of er sprake is van discriminatie. Ook in Nederland en België zijn homoseksuele mannen uitgesloten van bloeddonatie. In veel landen, waaronder Nederland, gaan wel steeds meer stemmen op om dit aan te passen.

Arts-microbioloog Hans Zaaijer van de Nederlandse bloedbank Sanquin en de Universiteit van Amsterdam noemde de maatregel - namelijk dat mannen die ooit seks hebben gehad met mannen hoe dan ook geen bloed mogen doneren - erg beladen maar wel noodzakelijk. ‘Uit onderzoek is gebleken dat het aantal hiv-besmettingen in Nederland al twintig jaar toeneemt onder jonge homomannen, terwijl het cijfer bij heteroseksuelen stabiel blijft.’

Ook in België ligt de maatregel gevoelig. Zo vertelde radiopresentator Tom De Cock drie jaar geleden dat hij trouw was aan zijn partner, het daarom belachelijk vond dat hij geen bloed mocht geven en dus over zijn geaardheid had gelogen in de medische vragenlijst. Zo kon hij toch bloed geven. ‘Wij hebben daar toen fel op gereageerd, want de waarde van de medische vragenlijst staat of valt met de eerlijkheid van de donor’, vertelt Philippe Vandekerckhove, gedelegeerd bestuurder van Rode Kruis Vlaanderen. ‘De regels worden ook niet gemaakt vanuit het recht van de donor op donatie, maar vanuit het recht van de patiënt op veilig bloed. En in de context van een veilige bloeddonatie kunnen we het gedrag van elke donor nu eenmaal niet individueel controleren.’

‘De heer De Cock vergeet ook dat hij wel trouw is aan zijn partner, maar nooit met honderd procent zekerheid kan weten of zijn partner trouw is aan hem’, voegt Zaaijer toe. Hij verwijst naar hiv-infecties die hij af en toe heeft vastgesteld bij mannen die onterecht meenden een monogame man te hebben. Vandekerckhove vergelijkt het met de maatregel waarbij iedereen die tussen 1 januari 1980 en 31 december 1996 zes maanden of langer in het Verenigd Koninkrijk was, van bloeddonatie wordt uitgesloten om de overdracht van de menselijke variant van de gekkekoeienziekte uit te sluiten. ‘Stel dat u in die periode strikt vegetariër was, dan liep u geen enkel risico. Maar toch wordt u uitgesloten, omdat we liever te voorzichtig zijn dan te weinig maatregelen nemen.’